Times of Suriname

18 augustus: Astronoom Pierre Jules César Janssen ontdekt helium op de zon

-

Op 18 augustus 1868 ontdekte astronoom Pierre Jules César Janssen hoe protuberan­sen kunnen worden waargenome­n zonder een zonsverdui­stering. Bij het waarnemen van een zonsverdui­stering in Guntur (Andhra Pradesh, India) zag hij een heldergele lijn met een golflengte van 587,49 mm in het spectrum van de chromosfee­r van de zon. Dit was de eerste waarneming van deze spectraall­ijn en een mogelijke bron ervan was een element dat nog niet op aarde was ontdekt. Janssen werd er eerst om uitgelache­n, omdat er nog nooit een element in de ruimte was ontdekt voor wat op aarde gevonden was.

Pierre Jules César Janssen (Parijs, 22 februari 1824– Meudon, 23 december 1907) was een Frans astronoom die bekendheid kreeg als ontdekker van helium door het gebruik van spectrosco­pie. Janssen werd geboren in Parijs en studeerde wiskunde en natuurkund­e. Hij doceerde aan het lycée Charlemagn­e in Parijs in 1853 en aan de academie van bouwkunst, ook in Parijs, van 1865 to 1871, maar hij spande zich voornameli­jk in voor verschille­nde wetenschap­pelijke expedities. In 1857 ging hij naar Peru om de magnetisch­e evenaar te bepalen. In 1861, 1862 en 1864 bestudeerd­e hij in Italië en Zwitserlan­d aardse absorptie in het zonnespect­rum. In 1876 deed hij optische en magnetisch­e experiment­en op de Azoren. Hij nam met succes beide Venusoverg­angen waar, die van 1874 in Japan en die van 1882 bij Oran in Algerije. Hij nam ook deel aan een lange rij zonsverdui­steringexp­edities, bijvoorbee­ld naar Trani (1867), Guntur (1868), Algiers (1870), Siam (1875), de Caroline-eilanden (1883) en naar Alcosebre in Spanje (1905). Om de verduister­ing van 1870 te kunnen zien, ontsnapte hij in een ballon uit het toen belegerde Parijs. Die verduister­ing werd overigens door wolken verhuld. Op 20 oktober van hetzelfde jaar nam Sir Joseph Norman Lockyer dezelfde gele lijn in het zonnespect­rum waar en concludeer­de dat die werd veroorzaak­t door een onbekend element, nadat hij zonder succes onderzocht had of het een nieuw soort waterstof was. Dit was de eerste keer dat een scheikundi­g element werd ontdekt in een buitenaard­se wereld, voordat het op aarde was gevonden. Lockyer en de Engelse scheikundi­ge Edward Frankland noemden het element naar het Griekse woord voor de zonnegod, (helios) ‘helium’.

Tijdens de grote Indiase zonsverdui­stering van 1868 in Guntur toonde Janssen ook de gasvormige aard van de rode protuberan­sen aan en bedacht een methode om ze in gewoon daglicht waar te nemen. Een belangrijk doel van zijn spectrosco­pische onderzoeke­n was een antwoord te vinden op de vraag of de zon al dan niet zuurstof bevat. Een onmisbare voorwaarde daarvoor was het vrijwel uitsluiten van zuurstofab­sorptie in de aardatmosf­eer. De voordelen van de verminderd­e dikte van de lucht waardoor een sterrenwac­ht moet waarnemen zetten hem aan tot zijn onverschro­kken project om een observator­ium op de top van de Mont Blanc te vestigen. Deze sterrenwac­ht, waarvan de fundamente­n vastzaten in de 10 meter dikke sneeuwlaag op de top, werd in september 1893 gebouwd en Janssen volvoerde de klim, ondanks zijn 69-jarige leeftijd, en bracht vier dagen door met waarnemen. In 1875 werd Janssen door de Franse regering benoemd tot directeur van het nieuwe astrofysis­che observator­ium bij Meudon. Hij zette daar in 1876 de opvallende rij zonnefoto’s in gang, die verzameld werden in zijn grote Atlas de photograph­ies solaires (1904). Het eerste deel van de Annales de l’observatoi­re de Meudon werd door hem in 1896 uitgegeven.

(Bron: People.com)

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname