Jongere met migratieachtergrond voelt niets voor baan bij politie: “Ik zou gezien worden als verrader”

AMSTERDAM- Jongeren met een migratieachtergrond voelen niets voor een baan bij de politie, blijkt uit een onderzoek van Motivaction. Het imago van de politie is volgens sommige respondenten zo slecht, dat ze vrezen dat hun banden met familie en vrienden eronder zouden lijden als zij agent zouden worden.

“Ik denk dat ze me zouden zien als een verrader en daardoor zou ik echt moeten verhuizen,” zegt bijvoorbeeld een respondent met Antilliaanse wortels in het onderzoek. Een Surinaamse geïnterviewde: “Mensen zouden steeds zeggen dat je een slaaf van de staat bent geworden.” Motivaction voerde het onderzoek in 2016 uit in opdracht van de Nationale Politie. Die probeert al enkele jaren meer diversiteit te creëren in het korps. De cijfers laten zien dat het daarmee de afgelopen tijd wat beter gaat: in 2013 was 10 procent van de aspiranten van een andere etnische afkomst; in 2016 was dat aandeel gestegen tot 19 procent. De politie streeft ernaar dat eind 2018 één op de vier nieuwe collega’s een ‘diverse’ achtergrond heeft. Het gaat dan niet alleen om mensen met een andere etnische herkomst, maar bijvoorbeeld ook om lhbt’ers en zijinstromers. Uit de enquête van Motivaction blijkt dat 56 procent van de jongeren met een Turkse, Surinaamse, Marokkaanse en Antilliaanse achtergrond ‘zeker niet’ bij de politie zou willen werken. Nog eens 27 procent antwoordt ‘waarschijnlijk niet’ op die vraag. Als belangrijkste reden daarvoor noemen zij dat de politie discrimineert op basis van etnische herkomst. Zij verwachten dat zij daarvan zelf last krijgen als ze bij de politie werken. “Het merk politie is negatief geladen onder Nieuwe Nederlanders,” concludeert Motivaction. Dat maakt ook dat jongeren denken dat zij iets uit te leggen hebben thuis, als zij zich bij het politiekorps aansluiten.

De politie wijst erop dat het onderzoek enigszins is verouderd en dat er inmiddels al allerlei maatregelen zijn genomen om de situatie te verbeteren. Zo zijn er voor elke eenheid ‘recruiters’ aangesteld die werven op diversiteit en worden belangstellenden met een migratieachtergrond beter voorbereid op de selectieprocedure. Volgens korpschef Erik Akerboom is het “operationele noodzaak” dat de politie diverser wordt. “Dit om de verbinding met de samenleving te houden. We willen een politie van iedereen zijn.” (de Volkskrant)