Doodzieke Amir mag niet terug naar huis
LEEUWARDEN - De ongeneeslijke zieke jongen Amir Mouradi (10) mag voorlopig niet terug naar huis. Dat heeft het gerechtshof in Leeuwarden gisteren bepaald. De ouders van de 10-jarige jongen hadden een zaak aangespannen tegen zijn uithuisplaatsing. De Raad voor de Kinderbescherming haalde het ongeneeslijk zieke jongetje op 7 september weg bij zijn ouders uit het azc in Emmen. Zij zouden niet meer in staat zijn hem goede medische zorg te laten krijgen. Amir, die verstandelijk beperkt is en een zeldzame stofwisselingsziekte heeft, werd opgenomen in een gehandicapteninstelling en ligt nu in het ziekenhuis. De rechter heeft gekeken of Amir bij ontslag uit het ziekenhuis naar zijn ouders in hun zelfstandige en voor de jongen aangepaste woning kan gaan. “Aan deze thuisverpleging van Amir is echter nog een veelheid aan voorwaarden verbonden”, aldus het hof. “Buiten kijf staat dat de ouders veel van Amir houden en het beste voor hem willen’’, aldus het gerechtshof. Toch benadrukte het hof dat de communicatie en samenwerking tussen de ouders en de zorgprofessionals al lange tijd erg moeizaam verloopt. “De slechte beheersing door de ouders van de Nederlandse taal en hun beperkte kennis van hoe dingen in de (zorg) maatschappij in Nederland geregeld zijn, spelen hierbij ook een rol. Deze omstandigheden verhinderen dat Amir de juiste (medische) zorg krijgt.” Het is daarom volgens het hof in het belang van de verzorging en de opvoeding van Amir noodzakelijk dat hij voorlopig niet thuis, maar in een speciale instelling zal verblijven. (AD/ Foto: www.dvhn.nl)