Politie deed geen onderzoek brandstichting
PARAMARIBO – Een politieman getuigde in de rechtszaal dat in de zaak van Pranday S, die verdacht wordt van uitlokking voor brandstichting, geen onderzoek naar dit strafbare feit is gedaan. Hij vertelde dat de eerste melding binnenkwam dat een schietincident met dode was geweest. Pas na een week is er gesproken over een brandstichting. De politieman legt uit dat voor de objectiviteit na een week geen forensisch onderzoek naar brandstichting gedaan kon worden. Bovendien was de plaats delict niet afgezet en ook niet bewaakt. Hij zag wel schroeischade aan de wanden, maar hij wist vanaf wanneer die de schade er was. Hij begreep dat na twee weken een jerrycan werd gevonden en daarna ook een fles met terpentine. Pranday S riskeert tweeënhalf jaar gevangenisstraf voor uitlokking van brandstichting. Officier van justitie Nirmala Maikoe heeft om gevangenneming van de vrouw gevraagd, die voorlopig op vrije voeten is en niet in de rechtszaal verschijnt. Zij zegt dat de vrouw twee jongemannen aanspoorde om de brand te stichten. Pranday S ontkent zich echter schuldig te hebben gemaakt. Een van de jongemannen is tijdens de brandstichting beschoten door een andere man, omdat hij toen als een dief werd gezien. De andere jongeman verklaarde dat de vrouw hem de opdracht gaf de brand te stichten. Pranday S zou zijn overgegaan tot de brandstichting, omdat haar echtgenoot een relatie had met zijn dienstvrouw. De echtgenoot wilde de dienstvrouw in zijn woning aan de Pindaweg onderbrengen. Daarom zou de verdachte de opdracht hebben gegeven brand in het huis aan de Pindaweg te stichten. Op 5 februari wordt de behandeling van deze zaak voortgezet. WJ