Regering Trump weigert 17-jarige abortus in detentie
VS - De regering Trump probeert via de rechter te bereiken dat een 17-jarig meisje in detentie een baby op de wereld zet. De tiener wil een abortus, maar de Amerikaanse overheid laat haar niet naar een abortuskliniek gaan.
Een rechter hoorde gisterochtend de beide partijen in een rechtszaak die burgerrechtenorganisatie ACLU heeft aangespannen namens het meisje uit Centraal-Amerika, dat de schuilnaam Jane Doe heeft gekregen. Ze stak illegaal de grens over en verblijft sinds vorige maand als alleenstaande minderjarige immigrant in een gesloten opvangcentrum in Texas.
Bij een medische keuring kreeg ze te horen dat ze zwanger was, inmiddels 15 weken. Ze wil de zwangerschap op eigen kosten laten afbreken, maar ze krijgt geen toestemming om een abortusarts te bezoeken.
Een lagere rechter oordeelde woensdag dat de autoriteiten haar gewoon naar een kliniek moeten laten gaan – abortus is toegestaan in de VS sinds een uitspraak van het hooggerechtshof in 1973. Maar het Ministerie van Justitie ging in hoger beroep. In rechtbankdocumenten stelt Justitie dat de Amerikaanse overheid ‘een legitiem belang heeft bij het bevorderen van geboorte en het beschermen van het leven van een ongeboren kind’. Het ministerie zegt bovendien te vrezen dat meer zwangere minderjarigen naar de VS zouden komen voor een abortus in detentie.
Als ‘Jane Doe’ per se een abortus wil, redeneert het ministerie, kan ze het land verlaten. Omdat ze illegaal in Amerika is zou ze niet dezelfde rechten hebben als Amerikaanse vrouwen. De lagere rechter, Tanya Chutkan, liet volgens de Washington Post tijdens de zitting merken dat ze ‘verbijsterd’ was over die redenering. Zo zou het meisje gedwongen worden een baby te krijgen, of terug te keren naar het land dat ze ontvlucht is. Veel minderjarigen uit Centraal-Amerika komen naar de VS vanwege geweld in landen als Honduras en El Salvador.
Rechter Chutkan wees erop dat Jane Doe zonder problemen het detentiecentrum had kunnen verlaten als ze haar amandelen had willen laten knippen. Ze werd bovendien wel naar een ‘crisiszwangerschapscentrum’ gestuurd, een christelijke instelling die probeerde haar ervan te overtuigen de zwangerschap voort te zetten. Ze moest er onder druk een echo laten maken. “De overheid had er kennelijk geen probleem mee dat te faciliteren,” merkte Chutkan op.
De regering Trump heeft al vaker laten blijken vrouwen geen zeggenschap over hun eigen lijf te gunnen als het om abortus gaat. Internationaal trok Trump alle financiering in voor organisaties die abortus ook maar ter sprake brengen, in eigen land krijgen klinieken voor seksuele gezondheid die ook abortussen uitvoeren geen geld meer van de overheid. Met name Trumps vicepresident Mike Pence is een fel tegenstander van abortus en zou de ingreep het liefst verbieden. Trump zei in zijn campagne dat vrouwen die een abortus laten plegen gestraft zouden moeten worden.
Sinds zijn aantreden hebben alleenstaande minderjarige asielzoekers voor een abortus toestemming nodig van de door Trump benoemde directeur van de instantie die verantwoordelijk is voor hun opvang. Deze man, Scott Lloyd, ging volgens advocaten van de ACLU persoonlijk in gesprek met tienermeisjes om hen over te halen hun zwangerschap niet te beëindigen. “Dat roept ernstige zorgen op dat Lloyd zijn machtspositie gebruikt om jonge vrouwen te dwingen hun zwangerschap te voldragen,” stelt de ACLU in rechtbankdocumenten.
(AD)