,QWHUQDWLRQDOH 'DJ YDQ GH &HOOR
-aarlijks wordt op 2 de cember de geboortedag van de Catalaanse cellist, componist en dirigent 3ablo Casals (1876 1 73) de µInternationale Dag van de Cello’ (International Cello Da\) gehouden. 3au Casals i Defilló, die zich bij zijn in ternationale optredens 3ablo Casals noemde, wordt be schouwd als de beste cellist van zijn tijd. In de loop van zijn leven maakte hij veel plaatopnamen. Daarvan zijn de tussen 1 33 en 1 36 ge maakte opnames van %achs cellosuites het bekendst. -ohann 6ebastian %ach ((isenach, 21 maart 1685 ± Leipzig, 28 juli 1750) was een Duitse componist van barok muziek, organist, klavecinist, violist, muziekpedagoog en dirigent. +ij wordt door de meeste muziekwetenschap pers beschouwd als een van de grootste en invloedrijkste componisten uit de geschie denis van de klassieke mu ziek vanwege de inventiviteit waarmee hij melodie, harmo nie en ritme, maar ook diverse muziekstijlen uit zijn tijd en dansvormen combineerde, wat vele componisten na hem inspireerde en wat ze ook trachtten te evenaren.
De cello (kort voor violon cello) behoort tot de groep van de strijkinstrumenten. De cello heeft een kenmerkende klank en een bereik van vier, gemiddeld vijf, of soms zelfs zes octaven (ligt aan de groot te van de cello en de lengte van de toets). Kunstschilders hebben de cello vanaf de 17de eeuw regelmatig afge beeld. )amilieportretten met muziekinstrumenten ston den daarbij s\mbool van de harmonie die in een familie heerste. De cello is ongeveer 120 cm lang. Kleinere afme tingen van de cello zijn 1/16, 1/8, 1/4, 1/2 3/4 en 7/8 cello. +et instrument is bespannen met vier snaren en heeft twee f gaten. De snaren van de cello zijn van hoog naar laag gestemd $, D, *, C ± een octaaf lager dan de altviool. =ij lopen vanaf het staartstuk over de kam naar de stem knoppen aan de bovenzijde van de hals, onder de krul. De kam bevindt zich tussen de klankgaten op het bovenblad. +et stemmen gebeurt met de grote stemknoppen aan de bo venzijde of, indien aanwezig, met de fijnstemknoppen aan de onderzijde van het staart stuk.
+et instrument wordt op de juiste speelhoogte gebracht door het uitschuiven van de metalen (tegenwoordig ook vaak carbon) staartpin aan de onderzijde. Cello’s die in de authentieke uitvoeringsprak tijk van de Oude Muziek wor den gebruikt, hebben deze pin vaak niet. Deze instrumenten (de zogenaamde barokcello’s) worden door de musicus op de juiste hoogte gehou den door ze tussen de benen te klemmen.
(Bron: www.History.com)