Asielzoekers Almere massaal in bijstand
ALMERE - Van de 700 erkende vluchtelingen in Almere hebben tot nu toe nog maar twintig mensen een betaalde baan gevonden. 680 zitten nog in de bijstand.
“In het begin krijgt elke vergunninghouder een bijstandsuitkering, dat is logisch. Maar na vijf jaar zitten ze daar nog steeds in, en na tien jaar nog steeds. Tot nu toe is de uitstroom twintig personen op de groep van 700 vergunninghouders, dat is maar drie procent en dat moet echt veel beter.” Dat zegt CDA-wethouder Froukje de Jonge tegen het blad Sociale Vraagstukken. De opvang is volgens haar geen succes maar daar mag je het eigenlijk niet over hebben. “Veel gesprekken stranden in: deug je wel of deug je niet. Maar gemeenten moeten niet iets vinden, maar dingen doen voor nieuwkomers. Wij moeten zorgen voor onderdak, dat mensen de taal leren, werk vinden en meedoen in de samenleving. En daar zijn we by far nog niet goed genoeg in.” Alle 700 vergunninghouders hebben nu een huurwoning, maar volgens De Jonge is de keerzijde dat de wachttijd voor Almeerders daardoor flink opliep. Ze heeft dat tijdens bewonersbijeenkomsten uitgelegd. “Dan praat je met mensen die zich benadeeld voelen omdat bijvoorbeeld hun eigen kinderen al jaren geen woning kunnen krijgen.” “Tijdens één van deze bijeenkomsten werd een mevrouw heel emotioneel, ze vroeg me: Als er al jaren zo’n lange wachtlijst is, waarom worden jullie dan pas creatief met oplossingen zoeken als er een groep uit Verweggistan komt?” Ik weet niet wat jullie dan zouden zeggen… “Maar ik zat met mijn mond vol tanden,” aldus de wethouder tegen het blad.
Volgens haar gaat het nog wel even duren voordat alle vluchtelingen een baan hebben. “Er heerst een schromelijke overschatting van wat mensen op de korte termijn kunnen. In het publieke debat spreekt men van hoogopgeleide Syriërs, maar die zijn niet hier in Almere en ook niet in de andere steden die ik spreek. Uit een assessment die wij doen, blijkt dat slechts één tot twee procent HBO/ WO-niveau heeft.”
“Wat ook meespeelt, is dat onze samenleving wezenlijk anders is. Veel mensen zijn gewend om als ondernemer gewoon een winkeltje te beginnen of iets op straat te gaan verkopen. Dat kan hier allemaal niet, al die regels zijn heel vervreemdend voor mensen.” (De Telegraaf)