“Dat gebied verlaten wij voorlopig niet”
PARAMARIBO - Het Nationaal Leger trekt de bewaking van de visgronden naar zich toe. Niet alleen piraterij is schering en inslag voor de kust van Suriname, maar er zouden ook voldoende aanwijzingen zijn dat er nog meer duistere praktijken plaatsvinden voor de kust. “U mag erop rekenen. Dat gebied verlaten wij voorlopig niet”, was de duidelijke statement van minister Ronni Benschop van Defensie donderdag in De Nationale Assemblee.
Hij reageert daarmee op onder andere opmerkingen van parlementariër Grace Watemaleo (NDP) uit Marowijne die zegt dat de lokale gemeenschappen meerdere malen aan de bel hebben getrokken om controle uit te voeren op de visgronden. “Piraterij is vaker door de gemeenschap van Galibi aangekaart aan verschillende autoriteiten. Er is keer op keer gevraagd hoe het staat met de controle van de vissersboten die daar actief zijn en die veelal geen nummer hebben en waarschijnlijk ook zonder visvergunning daar bezig zijn.” Gisteren had de bewindsman nogmaals een onderhoud met de vissersgemeenschap en hij zal hen het sein geven om hun werk weer op te pakken onder het wakend oog van de marine. Diverse parlementariërs uitten hun bezorgdheid over de sector die momenteel stilligt. De eiwitvoorziening in het land komt in gedrang, maar ook de export lijdt daaronder. De visserijsector heeft een exportwaarde van ruim USD 25 miljoen, goed voor 3 procent van het bruto binnenlands product. Amzad Abdoel (NDP) vraagt ook aandacht voor de werkgelegenheid voor niet alleen de vissers, maar ook andere subsectoren. “De visserijsector vormt de grootste sector in de agrarische sector in Suriname met ruim 35 procent van de productiewaarde en een exporthoeveelheid die ligt tussen 35 procent en 40 procent van de totale export. Binnen de sector werken ruim 6.000 mensen”, zegt Abdoel.
Ronny Brunswijk (ABOP) riep de regering op om er alles aan te doen om de visserijsector te garanderen. “Regering, kijk goed en zorg ervoor dat middelen vrijgemaakt worden om op tijd te kunnen uitrukken. BC