Ramadan, begin en einde
Vandaag begint de islamitische maand ramadan, de maand waarin het vasten de moslim is voorgeschreven. Ramadan begint bij het zien van de nieuwe maan aan het einde van de maand Shaban, de maand die voorafgaat aan ramadan. “Ibn Umar (r.a) heeft gerapporteerd dat de boodschapper van Allah (s.a.w.) in verband met ramadan heeft gezegd: “Vast niet tot je de nieuwe maan (van ramadan) hebt gezien en beëindig het vasten niet tot je het hebt gezien (dit is de nieuwe maan inluidende de maand Shawal, dat is de maand volgende na ramadan); maar als het weer bewolkt is, bereken het.” Ibn Umar heeft ook vermeld, dat de boodschapper van Allah melding maakte van ramadan en aanduidde dat de maand of 29 of 30 dagen telt. Hij vervolgde toen en zei: “Vast wanneer je het (de nieuwe maan) ziet en beëindig het wanneer je het ziet, en als het weer bewolkt is, bereken het (de maand Shaban en ramadan) op dertig dagen.” (Voor beide hadies zie Shahih Moesliem no. 2363 en 2364). In de wereld van de islam zijn alle juristen en schriftgeleerden het erover eens, gelijk alle hadies-boeken terzake aangeven, dat de maand ramadan begint en eindigt met het daadwerkelijk waarnemen van de nieuwe maan. Het gaat trouwens maar om één enkele dag, ziet men het niet op de 29ste dan eindigt de maand vanzelfsprekend op dertig dagen.
Wetenschappelijk wisten de Arabieren precies op welke dag de geboorte was van de nieuwe maan. Niet één der tientallen hadies (hadies betekent onder andere berichten van de profeet, saw) spreekt over het al of niet geboren zijn van de nieuwe maan. Integendeel wordt duidelijk aangegeven dat de nieuwe maan er is, maar de waarneming door bewolking verhinderd wordt. (Een hadies zegt zelfs, “indien de waarneming door bewolking of hoge bergen wordt verhinderd”). De Arabieren waren volkomen op de hoogte van de bewegingen der hemellichamen (planeten en sterren). Vele hiervan dragen nog steeds Arabische namen. Deze bewegingen schuiven elke dag van het jaar. Een bepaald planeten- of sterrenbeeld in januari is op een andere plaats bijvoorbeeld in juli. Kennis hiervan was een must. Bij reizen door de woestijn kwam het neer op leven of dood. Een verkeerde bepaling betekende verdwalen in de verschrikkelijke woestenij en de dood!
De profeet (saw), kende de gemelde bewegingen volledig. Hij was immers gedurende een deel van zijn leven (vóór zijn profeetschap) leider van handelskaravanen! Deze gingen door de Arabische woestijn. Bovendien weet de wetenschap meer dan Allah, onze Heer en Schepper? De bepalingen van begin en einde van ramadan zijn niet van de profeet, maar van God. De profeet is slechts Zijn boodschapper, die ons Zijn bepalingen en wetten heeft verkondigd en uitgelegd. (Zie onder andere K.40:79: “Geen boodschapper kan een teken brengen zonder Allah’s gebod” en K.42:49: “Maar indien zij zich afwenden hebben wij u (Mohammad) niet als wachter over hen gezonden. Het is alleen uw plicht de boodschap over te brengen”... enzovoort. Bovendien is de kennis van de profeet ontzaglijk.
Allah zegt in de Koran: “Hij die grote macht heeft, onderwees hem” en “Zo is hij (de profeet) volmaakt geworden” (Koran 53; 6 en 7). Het laatste door Allah geopenbaarde vers van de Koran zegt “Heden hebben wij uw godsdienst voor nu vervolmaakt”, enzovoort. Wat vervolmaakt is, daar kan niets meer bij tot de jongste dag! Volmaakt is volmaakt! Bovendien is elke nieuwigheid in de islam absoluut verboden. Elke nieuwigheid vaagt een deel van de islam weg en het weggevaagde zal tot de laatste dag een leemte blijven. Niet alleen de uitvinder van de nieuwigheid is zondig, maar ook allen die hem daarin volgen. Zie de betreffende bepalingen in de hadies “Elk mens is onderpand voor zijn daden” (Slot van vers 22, K. 52)
Tot slot, o gelovigen: “Voorwaar, u hebt in de profeet van Allah een prachtig voorbeeld voor ieder die Allah en de laatste dag vreest en die Allah vaak indachtig is.” (K. 33:22). En vergeet nimmer (een der belangrijkste regels van de shariah): “En het betaamt de gelovige man of vrouw niet, wanneer Allah en Zijn boodschapper over een zaak hebben beslist, dat er voor hen een keuze zou zijn in die zaak. En wie Allah en Zijn boodschapper niet gehoorzaamt, is voorzeker klaarblijkelijk afgedwaald (K. 33: 37).
M.S.A. Nurmohamed