Weinig aandacht voor onderwijs binnenland
PARAMARIBO - Er wordt geen moeite gedaan door het onderwijsministerie om het onderwijsniveau in het binnenland te verbeteren. Deze stelling, die geponeerd is door velen, wordt door ook door Margaretha Malontie, districtscommissaris (dc) van Sipaliwini ondersteund. Zij vindt dat de kinderen van het binnenland worden achtergehouden in hun ontwikkeling omdat ze vanuit Onderwijs niet worden voorzien van alles wat ze nodig hebben om adequaat onderwijs te kunnen genieten.
Uit de landelijke slagingspercentages op glo-niveau blijkt dat de districten Sipaliwini en Brokopondo weer eens de laagste resultaten hebben bereikt. Van de leerlingen die aan de toets hebben deelgenomen in Sipaliwini is 31,85 procent geslaagd, van wie 27,13 procent voor het meer uitgebreid lager onderwijs (mulo). Het slagingspercentage van Brokopondo is 33,99 procent. 29,78 procent van de leerlingen is geslaagd voor het mulo en 4,21 procent voor het lager beroepsonderwijs (lbo).
“Dat de slagingspercentages van de glo-scholen in het binnenland dit jaar weer slecht zijn, is te wijten aan het feit dat Onderwijs steeds dezelfde fout maakt door niet genoeg aandacht te besteden aan de verschillende problemen waarmee scholen in het binnenland te kampen hebben”, zegt Malontie.
Zij geeft aan dat de vele problemen maken dat de leerlingen vaak onderwijs moeten ontberen of niet volledig de leerstof kunnen afwerken, omdat de voorzieningen of materialen hiervoor niet adequaat aanwezig zijn. “Onder andere als de leerkrachten bij aanvang van elk kwartaal terug moeten naar het gebied, vertrekken ze veel te laat uit de stad omdat er of een tekort is aan vervoer of de financiën vanuit Onderwijs er niet zijn om de kosten voor hun reis naar het binnenland te betalen. Hierdoor missen de leerlingen soms weken aan onderwijs, waardoor de leerstof moeilijk in te halen is. Daarnaast hebben de leraren vaak ook te kampen met een tekort aan lesmateriaal op de scholen. Er zijn soms niet genoeg boeken, pennen en schriften voor de kinderen. Deze zaken zorgen dan voor slechte schoolprestaties”, zegt de dc. Volgens de dc kunnen de huiselijke situaties van de leerlingen ook een nadelig effect hebben op hun schoolprestaties en kan de taal soms ook een rol spelen aangezien er weinig hieraan wordt gewerkt met de kinderen. Volgens haar belooft men jaarlijks meer te zullen doen om het niveau van het onderwijs in het binnenland te verbeteren, maar uiteindelijk wordt heel weinig tot niets van de beloftes waargemaakt. “Integendeel verslechtert de situatie aangezien vele gebieden ook een goed schoolgebouw ontberen of niet voldoende leerkrachten hebben om de scholen optimaal draaiende te houden”, vindt de dc. Volgens haar zou het ministerie meer aandacht moeten besteden aan het verbeteren van onderwijs in het binnenland en moet men niet alleen steeds blijven kijken naar slagingspercentages.
MW/MN