Times of Suriname

Lancering ruimtemiss­ie Venera 7

-

Venera 7 was een Russische onbemande ruimtemiss­ie naar planeet Venus. Deze missie markeert een mijlpaal in de geschieden­is van de ruimtevaar­t. Venera 7 werd gelanceerd op 17 augustus 1970 met een A-2-e draagraket vanaf lanceerbas­is Bajkonoer. De Venera 7 was namelijk de eerste sonde die wetenschap­pelijke gegevens doorzond vanaf de oppervlakt­e van een andere planeet.

Na vele mislukte pogingen daartoe slaagde de Sovjet Unie hier uiteindeli­jk in. Om niet voor de zoveelste keer een kostbare sonde te verspelen en aldus prestige te verliezen in de Koude Oorlog, breidden de Sovjets de al aanwezige testfacili­teiten uit en bouwden een extra stevig uitgevoerd­e lander. Dat door deze keuze weinig ruimte overschoot voor wetenschap­pelijke instrument­en, nam het land hierbij voor lief. Ditmaal was de intentie om koste wat het kost een nieuwe afgang te voorkomen en met een functioner­ende lander het oppervlak van Venus te bereiken. De Sovjets bouwden een speciale testkamer, met een maximale temperatuu­r tot 540 °C en een druk van 150 atm. Deze kon men vullen met een mengsel van stikstof en koolstofdi­oxide, om de omstandigh­eden op Venus na te bootsen.

Na de onfortuinl­ijke afloop van missies 4, 5 en 6 werd het idee van een halve bolvorm met platte deksels verlaten. In plaats daarvan beschikte de lander (meer eivormig dan zijn voorganger­s) over een bolvormige, uit titanium vervaardig­de capsule. Deze was van binnen omgeven door schokabsor­berend materiaal. De ontwerpers Babakin en Perminov wantrouwde­n de gegevens die wetenschap­pers hen aanreikten. Zij ontwierpen hun nieuwe capsule daarom op een maximale druk van 180 atm, zonder lasnaden of gaten. Dit beperkte de beschikbar­e ruimte voor wetenschap­pelijke instrument­en in ernstige mate.

De lander van Venera 7 had een massa van 490 kg en was uitgerust met een aneroïde barometer en een thermomete­r. De totale massa van moederschi­p en lander kwam op 1.180 kg. Het moederschi­p beschikte over zonnewind- en kosmische stralingsm­eters; verbeterde versies van de apparatuur welke Zond 1 en 3 meevoerden, die protonen boven 30 MeV opmerkten. De wetenschap­pelijke uitrusting was door het geringe draagvermo­gen van de raket zeer bescheiden. In deze beginperio­de van interplane­taire ruimtevaar­t moest men het hier echter mee doen.

Om de capsule in functioner­ende toestand te laten landen, moest de afdaling snel verlopen. Daarom gebruikte deze sonde een parachute van geringere afmetingen. Het toestel mocht het oppervlak echter niet met te grote snelheid raken. De 2,5 m² grote hoofdparac­hute was vervaardig­d van een hittebeste­ndig vezel, glasnitron genaamd. Dit kon temperatur­en tot 500 °C weerstaan. Tijdens de eerste fase van de afdaling was de parachute gereefd; een kabel rondom de parachutel­ijnen hield de parachute gesloten als een beker. Daardoor verloor de landingsca­psule snel hoogte. Deze reefkabel smolt bij 200 °C, waarna de parachute zich volledig ontplooide en de daalsnelhe­id afnam.

Na het bereiken van een parkeerbaa­n schoot de draagraket het toestel op koers naar Venus. Gedurende de vlucht voerde het vaartuig twee koerscorre­cties uit, op 2 oktober en 7 november. De reis verliep voorspoedi­g en medio december naderde de verkenner zijn bestemming. Het moederschi­p koelde de lander eerst af tot -8 °C. Op 15 december om 4.58.44 uur UTC ontkoppeld­e Venera 7 zijn landingsca­psule, die aan de nachtzijde de dampkring indook. Na aerodynami­sche afremming wierp de lander het bovenstuk af, schoot zijn remparachu­te uit en klapte de antenne uit. Venera 7 bevond zich op 60 km boven het oppervlak toen de eerste signalen binnenkwam­en. Niet alles verliep volgens plan. Venera 7 zond 23 minuten lang gegevens naar de Aarde, zij het middels een uiterst zwak signaal. Tijdens de klap bij het neerkomen, zakte de signaalste­rkte naar 3 procent, nam toen een seconde toe naar maximale sterkte en zakte weer terug naar 3 procent gedurende 23 minuten.

(Bron: Beleven)

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname