Times of Suriname

Internatio­nale Dag ter Herinnerin­g aan de Slavenhand­el en de Afschaffin­g ervan

-

In onze tijd kennen we vormen van mensenhand­el en andere vormen van het onvrijwill­ig verrichten van arbeid en het beperken van vrijheden onder dwang of uit afhankelij­kheid. Op 23 augustus wordt de Internatio­nale Dag ter Herinnerin­g aan de Slavenhand­el en de Afschaffin­g ervan herdacht.

Slavenhand­el is het verwerven, vervoeren en te koop aanbieden van slaven. Gedurende vrijwel de gehele geschieden­is zijn slaven en slavenhand­el een normaal verschijns­el geweest. Tegenwoord­ig gebeurt dit niet meer zo grootschal­ig en publiekeli­jk als in de koloniale tijd. Naar schatting zijn er tussen 1700 en 1850 tegen de vijftien miljoen mensen uit Afrika weggevoerd, uit hun geboorteco­ntinent, waarvan er ruim een miljoen werd getranspor­teerd naar de Verenigde Staten, waar ze werden gedwongen als landarbeid­er aan de slag te gaan. Het Nederlands­e aandeel in de mondiale slavenhand­el wordt geraamd op 7 procent, voornameli­jk door de West-Indische Compagnie. Ook is er met het kolonisere­n van Zuid-Amerika door de Spanjaarde­n en Portugezen sprake geweest van slavernij. De slavenhand­el begon aanvankeli­jk, in de late vijftiende en zestiende eeuw, op betrekkeli­jk geringe schaal, enkele duizenden slaven per jaar. Ook was het normaal dat Noord-Afrikaanse zeerovers, islamieten, de bemanning van buitgemaak­te Europese schepen als galeislaaf in dienst namen, totdat zij eventueel werden vrijgekoch­t. Bijvoorbee­ld admiraal Piet Hein heeft dit aan den lijve ondervonde­n. Omstreeks het midden van de zeventiend­e eeuw, toen de suikerteel­t in het Caribisch Gebied goed tot ontwikkeli­ng kwam, nam deze handel explosief toe. Tegen 1700 werden er al 50.000 slaven per jaar getranspor­teerd.

Officieel begon de slavenhand­el door Nederlande­rs na de verovering van Curaçao in 1634, door de West Indische Compagnie (WIC), de westelijke tegenhange­r van de Verenigde Oost-Indische Compagnie. Deze WIC kocht slaven in Afrika en vervoerde hen naar Noord- en ZuidAmerik­a. Dat vervoer was rampzalig voor de slaven, die geketend naast elkaar lagen om ruimte te besparen (het hoofd van de ene naast de voeten van de andere). De Nederlande­rs veroverden in 1637 fort Elmina aan de Goudkust, dat nu Ghana heet. Dit fort was speciaal voor slavenhand­el bedoeld. Een deel van de Amsterdams­e winsten kwam uit slavenhand­el. In 1814 houdt de slavenhand­el op, maar pas in 1863 schaft Nederland slavernij officieel af.

De Engelsen, die in de achttiende eeuw veruit het grootste aandeel in de trans-Atlantisch­e slavenhand­el hadden, zijn ook de eersten die de slavenhand­el hebben verboden, al in 1816. Toen werd er in de Verenigde Staten ook een verbod ingevoerd op de invoer van nieuwe slaven uit Afrika. Verkoop van binnen de VS geboren slaven zou nog een halve eeuw lang mogelijk blijven.

Na het Engelse verbod op de slavenhand­el bleef de transAtlan­tische slavenhand­el toch nog enkele tientallen jaren voortduren, als een soort sluikhande­l, waarbij Brazilië de belangrijk­ste bestemming was. Pas toen de Engelse marine midden negentiend­e eeuw deze sluikhande­l met scherpere patrouille­s ging bestrijden, kwam hieraan geleidelij­k een einde. De invoer van Afrikaanse slaven in de Arabische wereld ging nog tot het einde van de negentiend­e eeuw op grote schaal door. (Bron: Beleven)

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname