Suriname participeert in achtste ontmoeting Korea-Caribische Partnerschap

PARAMARIBO – In het kader van de verdere verdieping van de relatie tussen het Caribisch Gebied en de Republiek Korea, heeft in oktober een ontmoeting van het KoreaCaribische Partnerschap plaatsgehad. Dit jaarlijks terugkerend forum wordt sinds 2011 georganiseerd. Het thema van het forum dit jaar was:

for Peace and Security’.

Korea en de aanwezige Caricom-lidlanden hebben van gedachten gewisseld over samenwerkingsmogelijkheden op het gebied van vrede en veiligheid en vraagstukken die aangepakt dienen te worden om de vrede en veiligheid te handhaven. De vooruitgang die gemaakt wordt met betrekking tot de vrede op het Koreaanse schiereiland werd ondersteund.

De presentatie van Suriname heeft zich gericht op het belang van vreedzame oplossing van geschillen, respect

‘The Korea-Caribbean Partnership

voor de soevereiniteit, alsmede het niet inmengen in de interne aangelegenheden van een soevereine staat. Voorts werd ingegaan op het handhaven van een Vredeszone van het Caribisch Gebied en Latijns-Amerika, alsook het verbod op nucleaire wapens in deze regio. Daarnaast werd aangehaald de committering aan afspraken binnen de Verenigde Naties met betrekking tot wapengebruik.

Suriname, vertegenwoordigd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken, heeft eveneens de nadruk gelegd op klimaatverandering en de gevolgen hiervan voor het handhaven van vrede en veiligheid. De kwetsbaarheid van Suriname met een lage kustlijn voor de effecten van klimaatverandering werd toegelicht. De landen werden opgeroepen om te participeren in de High Forest Cover, Low Deforestation Conferentie in Climate Finance Mobilization, van 12 tot 15 februari volgend jaar in Paramaribo.

Korea had in het programma eveneens enkele bezoeken opgenomen, gericht op de kennismaking met de geschiedenis en cultuur van dit land, alsook een bezoek aan het ‘Green Climate Fund’. Deze achtste ontmoeting, waaraan ook vijf ministers uit het Caribisch Gebied hebben deelgenomen, heeft plaatsgehad op 31 oktober dit jaar. Dit meldt het Ministerie van Buitenlandse Zaken in een persbericht.