Suriname belooft loyaliteit aan Marokko
PARAMARIBO - Het bezoek van Nasser Bourita, de Marokkaanse minister van Buitenlandse Zaken, aan Suriname eerder deze week had niet alleen een vriendschappelijk thema, maar een sterke politiek agenda. Marokko zit verwikkeld in een soevereiniteitsvraagstuk met de Arabische Democratische Republiek Sahara (SADR). Suriname erkende SADR in 1982, maar trok die in 2016 weer in, om vervolgens intensieve relaties aan te gaan met Marokko.
Het Afrikaanse koninkrijk stelt als voorwaarde aan alle landen die met hem willen samenwerken, om afstand te doen van de erkenning van SADR. In Paramaribo heeft de regering van Suriname haar besluit nogmaals benadrukt, en is er een gezamenlijke verklaring de deur uitgegaan waarin Suriname SADR afwijst als soeverein land en beschouwt als een provincie van Marokko. “De regering van de Republiek Suriname herhaalt haar besluit van 9 maart 2016, welk is gedeeld met de Verenigde Naties, waarin is opgenomen dat zij de erkenning van de zogenoemde SADR-republiek intrekt”, staat er in de laatste gezamenlijke verklaring tussen minister Yldiz PollackBeighle en haar Marokkaanse ambtgenoot.
In de verklaring stelt Suriname verder, dat het voorstander is dat er middels dialoog wordt gewerkt aan een vreedzame oplossing van de crisis tussen Marokko en SADR. Er wordt wel benadrukt dat de oplossing zal moeten liggen binnen het kader van erkenning van de soevereiniteit en territoriale integriteit van Marokko. Bourita is gisteren, na het onderhoud met PollackBeighle, doorgereisd naar andere landen in de regio om te lobbyen voor het politieke standpunt van zijn regering. Dit betekent dat zij naast haar schadeloosstelling als DNA-lid geen ander overheidssalaris zal ontvangen. Zij voegt zich daarmee tot de minderheid in het parlement die geen extra ‘last’ voor de overheid betekent met een dubbel salaris.
Het parlement is erg geheimzinnig over salarissen, uitkeringen en reiskosten van leden. Er wordt steeds verwezen naar regelingen in de wet zonder concrete bedragen te noemen. Vraagstukken hieromtrent worden besproken tijdens huishoudelijke vergaderingen. Vorig jaar liet DNA-voorzitter Jennifer Geerlings-Simons nog weten dat 61 procent van de 51 leden een dubbel salaris ontvangt van de overheid. Dit komt op 31 leden.
Wat de situatie nu is, wordt vooralsnog als interne aangelegenheid behandeld. Zo liet het parlement weten met wetgeving te zullen komen om de schadeloosstelling van leden los te koppelen van de ambtenarij. Dit komt na kritieken vanuit de samenleving dat bij procentuele salarisverhogingen het steeds de politieke ambtsdragers zijn die aan het langste eind trekken en met duizenden Surinaamse Dollars vooruitgaan. Vanwege hun dubbel inkomen krijgen ze ook nog een verhoging op hun ambtenarensalaris.
Voor Sumter zal dit niet relevant zijn, omdat zij reeds afstand heeft gedaan van het ambtenarensalaris. Aanvankelijk zou Derryl Boetoe toegelaten moeten worden als DNA-lid, maar die verkiest zijn functie als directeur van de Centrale voor Vissershavens in Suriname (Cevihas) boven het DNA-lidmaatschap.