Times of Suriname

Vliegeren met opa

-

Opa heeft een vlieger gemaakt van stokken, een gekleurde zak en vliegertou­w. De vlieger heeft een lange staart met strikken. “Heb je zin om te gaan vliegeren Jaden?” vraagt opa.

Jaden knikt. Opa en Jaden doen hun slippers aan. Ze lopen naar Sosis. Daar is er een groot grasveld. “Er staat een goede wind om te vliegeren”, zegt opa. Opa en Jaden staan midden op het grasveld. “Jij moet de vlieger vasthouden Jaden”, zegt opa. Opa doet het Jaden voor. Jaden houdt de vlieger schuin tegen de wind in. Opa gaat iets verderop staan met het vliegertou­w. “Laat hem maar los Jaden!” schreeuwt opa. Opa begint te rennen en de vlieger stijgt op. Jasper holt achter opa aan. “Hij vliegt, hij vliegt!” schreeuwt Jaden. De vlieger is nu heel hoog in de lucht. “Mag ik het touw ook vasthouden opa?” vraagt Jaden.

Opa geeft het touw aan Jaden. Jaden vliegert nu helemaal alleen. “Pas maar op. Straks ga je ook de lucht in”, zegt opa. Jaden lacht. Opeens gaat de vlieger duikelen. Jaden weet niet wat hij moet doen. “Je moet gaan hollen”, roept opa. Jaden gaat hollen. De vlieger gaat omhoog. Maar na een poosje duikelt hij weer naar beneden. Opa pakt het touw van Jasper over, maar de vlieger wil niet meer vliegeren. “De wind is gaan liggen”, zegt opa.

De vlieger valt vlakbij een mevrouw met een hondje. Het hondje begint luid te blaffen tegen de vlieger. Opa en zijn kleinzoon rennen naar de vlieger toe. “Is die vlieger van u? Hij had wel op mijn hoofd kunnen vallen”, zegt de mevrouw boos. Opa maakt zijn excuses. “U bent toch ook jong geweest”, zegt opa. “Ja geweest en u ook. U zou beter moeten weten”, zegt de mevrouw. Jaden wordt nu wel een beetje boos en zegt: “Mijn opa is de liefste opa van de hele wereld. Hij leert mij vliegeren.” “Brutale jongen”, zegt de mevrouw. Het hondje staat nog steeds te blaffen. “En ik vind uw hondje brutaal. Hij blaft voor zijn beurt”, zegt Jaden. Opa moet lachen. De mevrouw loopt rood aan van kwaadheid. Ze trekt aan de lijn van het hondje. Met opgeheven hoofd loopt ze weg. Opa pakt de vlieger van de grond. “Hij is nog heel. Misschien kunnen we morgen vliegeren. Als er meer wind staat”, zegt opa. “En als die mevrouw er weer is?” vraagt Jaden. “Dan stuur ik de vlieger achter haar aan”, grapt opa.

 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname