Dyshidrotisch eczeem: blaasjes en blaren op handen en voeten
Dyshidrotisch eczeem is een vrij frequente huidaandoening waarbij een patiënt om onduidelijke redenen blaasjes en/of blaren op de handpalmen en/of voetzolen heeft. De ernst van de symptomen varieert sterk, maar in sommige gevallen is de kwaliteit van leven wel aangetast. Voor de behandeling van de ziekte zijn naast enkele huishoudmiddeltjes ook diverse medicijnen beschikbaar. De prognose van dyshidrotisch eczeem is eveneens variabel maar vaak wel chronisch van aard waarbij meermaals opflakkeringen optreden. Dankzij enkele preventieve maatregelen verergeren de symptomen van de ziekte niet of komen de klachten minder snel tot stand.
Terminologie dyshidrotisch Oorzaken eczeem
‘(Acro)vesiculair eczeem’, ‘blaasjeseczeem’ en ‘pompholyx’ zijn enkele synoniemen van dyshidrotisch eczeem. Diverse artsen opteren voor volgende term: ‘acute en terugkerende handeczeem met blaarvorming’. Artsen kiezen voor de term ‘handeczeem’ omdat 80 procent van de patiënten lijdt aan symptomen aan de handen terwijl 10 procent van de patiënten getroffen is aan de voeten. De andere 10 procent van de patienten heeft blaren en blaasjes aan zowel de handen als de voeten.
Epidemiologie pompholyx
Dyshidrotisch eczeem komt vrij vaak voor, maar exacte cijfers zijn in de geraadpleegde literatuur niet te vinden. Overal ter wereld lijden patiënten mogelijk aan deze chronische huidziekte. In Aziatische populaties komt de ziekte echter minder vaak voor. Vooral mensen tussen de twintig en veertig jaar zijn aangetast. Deze aandoening treft vrouwen tot slot dubbel zo vaak als mannen. De oorzaak van dyshidrotisch eczeem is niet bekend. Tot voor 2009 namen artsen aan dat de symptomen van de niet-besmettelijke huidaandoening resulteerden uit een gestoorde zweetvorming. Een studie uit 2009 wijst echter uit dat zweetklieren zelf geen rol spelen in de totstandkoming van de klachten. Wel is overmatig zweten een verzwarende factor bij 40 procent van de patiënten met de ziekte. De symptomen van dyshidrotisch eczeem hebben de neiging om te komen en gaan. Meestal zijn bij de huidziekte op beide de handpalmen en/ of voetzolen letsels aanwezig, al zijn de (zijkanten van) de vingers of tenen soms ook getroffen. Op de handen en/of voeten bevinden zich gespannen, diepzittende blaasjes van een speldenkop groot. In een latere fase klonteren deze samen tot grotere blaren van één tot twee centimeter groot. Wanneer de letsels helen, is de huid vaak schilferig, rood, droog en/of gebarsten. De patiënt klaagt tevens soms over pijn, jeuk (jeukende voeten) of een brandend gevoel op de getroffen plaatsen (brandende voeten). Overmatig zweten (hyperhidrosis) is een ander frequent kenmerk, wat vooral tot uiting komt tijdens warme seizoenen en in (sub)tropische klimaten. De opflakkeringen van de eczeem variëren tussen één keer per maand tot één keer per jaar.
Diagnose en onderzoeken
De blaren van dyshidrotisch eczeem zijn niet altijd eenvoudig waar te nemen vanwege de dikke huid op de handpalmen en vingers. Daarnaast zijn de letsels in latere stadia vrijwel niet te onderscheiden van lichen simplex chronicus (huidziekte met jeuk door het krabben). Ook wijzen de symptomen soms op een schimmelinfectie zoals een voetschimmel (tinea pedis). Een huidbiopsie en een allergieonderzoek zijn daarom geïndiceerd om de diagnose te bevestigen. Verder gebeurt een ondersteunende, medische behandeling van de eczeemopflakkeringen. Dit houdt in dat de arts zeer sterke topische (op de huid aangebrachte) corticosteroiden (krachtige ontstekingsremmers) voorschrijft. De patiënt gebruikt tevens koude kompressen voor het verminderen van de symptomen. Korte kuren met orale (via de mond ingenomen) steroïden of andere immunosuppressiva (geneesmiddelen die het immuunsysteem onderdrukken) zijn inzetbaar bij acute aanvallen. Lijdt de patiënt aan een bacteriële infectie die soms optreedt bij de blaarvorming, dan zijn antibiotica voorhanden om deze infectie te bestrijden. Wanneer de patiënt veel last heeft van de jeuk, dan zet de arts antihistaminica in. Sommige patienten zijn bovendien gebaat bij teerzalf, onderhoudszalf, lichttherapie (fototherapie) of een botoxinjectie (Botulinum toxine). Tot slot draineert de arts bij een aantal patiënten het vocht uit een blaasje. (mens en gezondheid / Foto:Huidziekten.nl)