Suriname tekent voor tweede lening met Wereldbank
PARAMARIBO - Minister Gillmore Hoefdraad heeft gisteren namens Suriname getekend voor een tweede lening van USD 23 miljoen bij de Wereldbank (WB) voor het project ‘Competitiveness and Sector Diversification’. “De ondertekening is historisch omdat Suriname en de Wereldbank na bijkans 30 jaar weer een actieve samenwerking onderhouden. Eerder dit jaar in april vond de ondertekening van de rehabilitatie van het Saramaccakanaal plaats voor USD 35 miljoen en nu vijf maanden later ondertekenen wij met de Wereldbank het tweede project”, zei Hoefdraad gisteren bij de ondertekening.
Volgens de bewindsman kwam in de afgelopen decennia de belangrijkste inkomsten van Suriname uit de bauxiet- en aluinaardeindustrie en daarna via goud, olie en andere commodities. De roep voor diversificatie van de economie is er een van heel lang. In de recente crisis, waarbij ook de daling van de goud- en olieprijzen plaatsvonden, is Suriname wederom geconfronteerd met het feit dat diversificatie van de economie een dringende noodzaak is. “Voordat wij in sectoren investeren, moet er wel een langetermijnstrategie zijn en die is vastgelegd in het Ontwikkelingsprogramma van Suriname. Daarnaast hebben verschillende studies, waaronder ook van de WB, gewezen op de enorme potentie van de agrarische sector en de extractive industry (naast goud en olie) in Suriname. Op de lijst van potentiele verdiensectoren staat ook de toerismesector”, zegt Hoefdraad. Volgens de minister heeft het project waarvoor er is getekend bij de WB als algemeen doel de ontwikkeling van het concurrentievermogen van specifieke sectoren in Suriname. Specifiek gaat het om: verbetering van het bestuurlijk kader van de ‘extractive industry’, ondersteuning aan ‘small and medium sized enterprises’ in opkomende industrieën en binnen ‘value chains’ en de nodige verbetering van het ondernemingsklimaat.
Het bedrag dat met dit project gepaard gaat is USD 23 miljoen en de uitvoeringsperiode is 6 jaar. De uitvoering van het programma ligt in handen van het Ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen en het Ministerie van Handel, Industrie en Toerisme.