Toon verhardt in brexit-debat Johnson weigert excuses voor uitspraken over vermoorde Jo Cox
VERENGD KONINKRIJK - In het Verenigd Koninkrijk wordt met steeds meer bezorgdheid gekeken naar de radicalisering langs beide zijden in het brexit-debat. Het land lijkt steeds meer verscheurd te geraken tussen voor- en tegenstanders van de EU-uitstap, en de uitspraken van premier Boris Johnson helpen volgens zijn critici niet echt, integendeel. Zelfs Johnsons eigen zus bekritiseert hem om zijn opruiend taalgebruik. Politici rond Johnson waarschuwen ondertussen voor zware rellen als de brexit zou worden teruggedraaid.
Johnson stond centraal in een bijzonder verhit debat in het Lagerhuis, en schuwde daarbij de harde woorden niet. De wet die hem verplicht uitstel te vragen voor de brexit als hij geen akkoord met de EU kan smeden, noemde hij herhaaldelijk smalend de ‘surrender bill’ of ‘overgavewet’.
Toen een Labourparlementslid een emotioneel pleidooi hield waarin ze haar collega’s en vooral Johnson opriep de opruiende toon van het debat te verminderen omdat het land steeds gepolariseerd geraakt en verschillende parlementsleden doodsbedreigingen krijgen, gingen de poppen pas echt aan het dansen. Parlementslid Paula Sherriff verwees naar de moord op haar partijgenote Jo Cox in aanloop naar het brexitreferendum in 2016, en vroeg Johnson te stoppen woorden als ‘verraders’ te gebruiken.
Johnson reageerde tot ontzetting van de oppositie stoïcijns door te zeggen dat hij in zijn leven ‘nog nooit zo’n onzin’ had gehoord. “De beste manier om de herinnering aan Jo Cox te eren, is door de brexit te laten plaatsvinden”, voegde hij er nog aan toe.
Vooral die laatste verwijzing wekte de woede op van het parlement, zeker aangezien Jo Cox tot aan haar dood een week voor het referendum fervent campagne voerde om net in de Europese Unie te blijven.
Johnson weigerde zich te excuseren voor zijn uitspraken, ondanks de storm aan kritiek die hem te beurt viel. Hij weigerde naar het parlement te komen om vragen te beantwoorden over zijn taalgebruik. De premier erkende in een toespraak tegenover partijgenoten wel dat iedereen het beter wat kalm aan zou doen, maar benadrukte dat hij termen als ‘overgavewet’ zou blijven gebruiken. “Het is een feit dat de Benn-wet een overgave is van onze soevereiniteit.” Zelfs Johnsons eigen zus vindt dat haar broer te ver gaat. Ze omschrijft zijn verwijzing naar een vermoord parlementslid als ‘smakeloos’. “Woorden als collaborateur, verrader, verraad, overgave, capitulatie, ... Alsof de mensen die in de weg staan van de ‘heilige wil’ van het volk zouden moeten worden opgehangen, verdronken, gevierendeeld en ingesmeerd met pek en veren. Ik vind dat zeer verwerpelijke taal om te gebruiken.”
Ook andere Britten roepen op de kalmte te bewaren. Parlementsvoorzitter John Bercow eiste tijdens het debat woensdag verschillende keren te stoppen elkaar te behandelen als vijanden. Volgens hem is de sfeer in het Lagerhuis momenteel het slechtst sinds hij 22 jaar geleden werd verkozen. Ook Jo Cox’ weduwnaar vraagt de gemoederen te bedaren en waarschuwde voor opruiende retoriek. Het ‘brexit-inferno’ is volgens hem zo intens geworden dat er mogelijk geweld aan te pas kan komen als niet iedereen dringend kalmeert. Dat Johnson de naam van zijn vrouw gebruikte in het debat, maakte hem ‘ziek’.
Gistermorgen verklaarden tot slot de Britse bisschoppen dat de toon van het debat ‘onaanvaardbaar’ is geworden. Ze vragen zowel aan de bevolking als aan de politici om elkaar met meer respect te behandelen. “We moeten weer leren luisteren. Ook naar de armen en de mensen aan de rand van de samenleving, de Britten die vaak niet gehoord worden. We mogen de eerlijke standpunten van onze medeburgers niet denigrerend behandelen of negeren, maar moeten leren hun mening en hun stem te respecteren.”
Tegelijkertijd bekritiseerden de bisschoppen premier Johnson om zijn kritiek op het oordeel van het Hooggerechtshof dat de opschorting van het parlement onwettig was. “We roepen politici op zich te houden aan de rechtsstaat en de onpartijdigheid van justitie te respecteren.”
(HLN)