Gajadien stuurt vragen naar president
PARAMARIBO – Parlementariër Asiskumar Gajadien (VHP) heeft via parlementsvoorzitter Jennifer Geerlings-Simons vragen gestuurd naar president Desi Bouterse over de kwestie van het gebruik van gelden uit de kasreserve bij de Centrale Bank van Suriname (CBvS). De volksvertegenwoordiger vraagt ook naar verduidelijking over de afwijking van het dekkingspercentage onder de 50 procent, zoals aangegeven in de Bankwet en als het herstel hiervan mogelijk zal plaatsvinden door devaluatie van de Surinaamse munteenheid.
“Onlangs is bekend geworden dat er door de Centrale Bank van Suriname naar schatting 200 miljoen USD vanuit de kasreserve van middelen van cliënten/depositomiddelen van de commerciële banken is onttrokken. Het is nog steeds onduidelijk waaraan en in welke mate deze onttrokken middelen zijn besteed. Gesproken wordt over aflossing van de schulden, koersinterventie(s), importen en andere verplichtingen. Ook is er nog steeds onduidelijkheid en een groot wantrouwen over het beheer van de resterende kasreserve van de commerciële banken, bestaande uit vreemde valuta (50%) en de Surinaamse Dollar (35%). Ik vraag daarom aan de president of de juiste informaties met betrekking tot gebruik van de onttrokken kasreserve naar het parlement opgestuurd kan worden, inclusief de verantwoordelijke opdrachtgevers, waar het allemaal aan is besteed en de daarbij behorende juiste bedragen”, schrijft Gajadien in zijn brief naar de president.
De parlementariër constateert verder dat de wisselkoersen voor vreemde valuta’s dagelijks blijven stijgen. Zelfs banken gebruiken verschillende wisselkoersen voor vreemde valuta’s. “Eveneens stellen we vast dat de publicatie van cijfers van de Centrale Bank van Suriname niet tijdig plaatsvinden, zoals verplicht is. De laatste gepubliceerde weekbalans - voor zover correcte weergave - dateert van 31 januari 2020. Hieruit is af te leiden dat het dekkingspercentage van onze munteenheid, conform artikel 19 van de Bankwet, reeds geruime tijd onder de 50% ligt. Met de indicatoren van het verpanden van onze goudreserve en de verschuivingen in onze internationale monetaire reserve, zal het dekkingspercentage van onze munteenheid onder de 35% komen te liggen. Is er een beschikking opgemaakt waarin zijn verwerkt de buitengewone omstandigheden om te mogen afwijken van het dekkingspercentage onder de 50% zoals aangegeven in artikel 19 lid 1 van de Bankwet en zal het herstel van het dekkingspercentage onder de 35% door middel van devaluatie van onze munteenheid plaatsvinden?”, vraagt de parlementariër aan het staatshoofd.