Ziekte van OsgoodSchlatter: pijn en zwelling onder de knie
De ziekte van OsgoodSchlatter is een aandoening waarbij het bot en de omliggende zachte weefsels net onder de knie ontstoken zijn. Meestal is herhaalde spanning de oorzaak van de ziekte. Pijn, zwelling en gevoeligheid net onder de knie zijn de belangrijkste symptomen. De behandeling bestaat uit onder andere het vermijden van activiteiten die de problemen veroorzaken en enkele andere zelfzorgmaatregelen, hoewel er soms wel een medische behandeling nodig is om het probleem te verhelpen. OSD verdwijnt wanneer een patiënt stopt met groeien en veroorzaakt meestal geen blijvende problemen. Dankzij enkele tips is het mogelijk om het risico op de ziekte van OsgoodSchlatter zo veel mogelijk te beperken. De aandoening is vernoemd naar Robert Bayley Osgood (18731956), een Amerikaanse orthopedisch chirurg, en Carl B. Schlatter (18641934), een Zwitserse chirurg, die de aandoening onafhankelijk in 1903 beschreven.
Bij de ziekte van OsgoodSchlatter ontstaat een ontsteking van het bot en het omliggende zachte weefsel net onder de knie. Dit treedt op op het punt waar het scheenbeen zich aan de pees van de knieschijf hecht. De ziekte van OsgoodSchlatter resulteert meestal uit herhaalde spanning of stress op de groeiplaat van het bovenste scheenbeen. De aandoening treedt meestal op tijdens groeispurten, wanneer botten, spieren, pezen en andere structuren snel veranderen.
Risicofactoren van ziekte van OsgoodSchlatter
De ziekte van OsgoodSchlatter komt vaker voor bij jongens en meisjes van tien tot achttien jaar oud die samenvalt met periodes van de groeispurt. De aandoening is drie keer vaker aanwezig bij jongens dan bij meisjes. Mogelijk is dit te wijten aan een grotere deelname van jongens aan sport en risicovolle activiteiten.
Symptomen
De ziekte van OsgoodSchlatter kan leidt voornamelijk tot pijn, zwelling en/of gevoeligheid net onder de knie die meestal verergert tijdens een lichamelijke activiteit (vooral rennen, springen, trappen oplopen en heuvels oplopen) en verbetert in rust. De kniepijn ontstaat vaak geleidelijk maar verschijnt soms ook plotseling. Door ernstige pijn gaan patiënten mogelijk mank lopen. De afleveringen van kniepijn duren meestal enkele weken tot maanden. Verder is een gezwollen, pijnlijke bult net onder de knie zichtbaar. Één of beide knieën zijn getroffen en de pijn is dan mogelijk erger in de ene knie dan in de andere knie. De opflakkeringen van pijn keren tot slot mogelijk terug.
Lichamelijk en diagnostisch onderzoek
Nadat de symptomen, lichamelijke activiteiten en medische geschiedenis gemeld zijn aan de arts, volgt een lichamelijk onderzoek van de knie. De arts bestelt mogelijk beeldvormende onderzoeken om de lichaamsstructuren in beeld te brengen. Dit gebeurt met een röntgenfoto of echografie.
Differentiële diagnose
Het SindingLarsen en Johanssonsyndroom is een aandoening met vergelijkbare tekenen, maar hierbij is de knieschijfpees en het onderste deel van het patellabot betrokken, in plaats van de bovenste deel van het scheenbeen. Ook de ziekte van Sever (pijnlijke hielaandoening bij kinderen) vertoont vergelijkbare tekenen; de achillespeesbevestiging aan de hiel is hierbij getroffen.
Behandeling van aandoening
Het gebied heeft tijd nodig om te genezen. Daarom moet een patiënt activiteiten die stress op de knieschijf leggen, vermijden. De patiënt moet de activiteiten
Prognose
stopzetten totdat de zwelling en pijn verdwenen zijn. Iets minder stressvolle activiteiten zoals zwemmen of wandelen zijn vaak wel toegestaan en zelfs aanbevolen.
Ondersteuning
De arts adviseert sporadisch om het getroffen gebied te stabiliseren en te ondersteunen tijdens het genezingsproces. Hiervoor draagt de patiënt een speciale brace of een elastisch verband. Dit is wel zelden nodig en leidt ook niet altijd tot een snelle oplossing. Het dragen van een brace vermindert echter ook de pijn.
Fysiotherapie
Om de pijn en zwelling te verminderen, mag een patiënt tijdens een aanval van pijn of na het sporten ijs gewikkeld in een doek op het gebied plaatsen. Verder zijn vrij verkrijgbare pijnstillers zoals paracetamol of NSAID’s (nietsteroïdale antiinflammatoire geneesmiddelen) zoals ibuprofen en naproxen toegestaan. Aspirine is echter niet aanbevolen voor kinderen met een huidige of recente virale infectie doordat dit het risico op het Reyesyndroom (zwelling van de lever en zwelling van de hersenen) verhoogt. In ernstige gevallen dient de arts een lokale injectie met corticosteroïden toe.
Als de knieschijfpees van het scheenbeen is weggetrokken, is een operatie nodig om de pees te repareren en botfragmenten te verwijderen. In de meeste gevallen is een operatie echter niet nodig
De pijn die gepaard gaat met de ziekte van OsgoodSchlatter verdwijnt meestal spontaan wanneer de botten en pezen zijn uitgegroeid. De symptomen verdwijnen vaak ook dankzij de behandeling, maar ze keren mogelijk 12 tot 24 maanden terug voordat volledige een oplossing is bereikt bij skeletrijpheid. In sommige gevallen verdwijnen de symptomen niet totdat de patiënt helemaal volgroeid is. Bij ongeveer 10 procent van de patiënten blijven de symptomen aanwezig in de volwassenheid, ondanks alle conservatieve maatregelen. De bult is mogelijk wel permanent.
(mens en gezondheid/ Foto: Uriel Nederland)