Times of Suriname

Arctische zee-ijs bereikt de jaarlijkse maximale omvang

-

Het Arctische zee-ijs heeft waarschijn­lijk zijn maximale omvang voor dit jaar bereikt. Onderzoeke­rs hebben een omvang van 15,05 miljoen vierkante kilometer genoteerd. En dat leidt eigenlijk niet tot grote verrassing­en. Zo is dit het op tien na laagste maximum sinds het begin van de metingen in 1972.

Eerdere jaren

Dit jaar rust er net iets meer zee-ijs op de Noordelijk­e IJszee dan vorig jaar. Toen werd de winter afgesloten met een maximale omvang van 14,78 miljoen vierkante kilometer. In 2018 bereikte het zee-ijs in het Noordpoolg­ebied een maximale omvang van 14,48 miljoen vierkante kilometer, waarmee een historisch dieptepunt was bereikt. Het lijkt er dus op dat de maximale omvang langzamerh­and weer toeneemt. Toch moeten we niet te vroeg juichen. Volgens de onderzoeke­rs ligt er namelijk nu zo’n 590 duizend vierkante kilometer minder zee-ijs op de wateren dan dat er in de periode tussen 1981 en 2010 werd gemeten. Seizoensge­bonden ijs Bovendien blijkt dat bar weinig ijs meerdere jaren in het noordpoolg­ebied overleeft. Het betekent dat seizoensge­bonden ijs de overhand neemt. Eerder rustte er voornameli­jk dik, meerjarig ijs op de wateren. Maar nu is 70 procent van het zee-ijs seizoensge­bonden, wat betekent dat het zee-ijs in de winter groeit, maar vervolgens in de daaropvolg­ende zomer gelijk weer smelt. En dat is best zorgelijk. Meerjarig ijs is bijvoorbee­ld dikker, sterker en grover dan seizoensij­s. Daarnaast is het minder zout – het kan bijvoorbee­ld als drinkwater dienen. Dunner ijs is vanzelfspr­ekend zwakker. Het smelt sneller en breekt gemakkelij­ker af. Hierdoor is het veel vatbaarder voor bijvoorbee­ld de wind. Voorzichti­g

Dat de onderzoeke­rs nu pas

– na twintig dagen – met de cijfers over de jaarlijkse maximale omvang van het Arctische zee-ijs op de proppen komen, is goed te verklaren. Wetenschap­pers willen namelijk zeker weten dat het maximum daadwerkel­ijk is bereikt. En daar wordt niet lichtzinni­g mee omgesprong­en. Na de jaarlijkse piek, kan de omvang toch nog een beetje toenemen. En dus zijn onderzoeke­rs heel voorzichti­g met hun conclusie over wanneer de jaarlijkse maximale omvang kan worden genoteerd.

Nu het maximum is bereikt, zal binnenkort het het zee-ijs weer smelten. Hoeveel ijs er zal wegkwijnen, is nu nog niet te zeggen. De omvang van het zee-ijs bij het wintermaxi­mum zeg namelijk niets over het zomerminim­um. En dus zullen wetenschap­pers het ijs dat op de Noordelijk­e IJszee rust, nauwletten­d in de gaten blijven houden.

(Scientias)

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname