Times of Suriname

Voor Curaçao is het coronaviru­s een klap te veel

-

Een paar maanden voordat het coronaviru­s uitbrak, had de Curaçaose ondernemer Dennis Henriquez juist een grote investerin­g gedaan. Voor zijn bedrijf Irietours, waarmee hij toeristen naar de mooiste plekken van het eiland brengt, kocht hij een paar extra tourbussen. Ook investeerd­e hij in een tweede catamaran om naar Klein Curaçao te varen, een idyllisch en onbewoond eilandje voor de kust.

Toen werd het 13 maart. “Het was echt vrijdag de dertiende, alles ging mis”, zegt Henriquez tijdens een Skypeinter­view. Curaçao werd die dag opgeschrik­t door de eerste besmette persoon op het eiland. En de Wereldgezo­ndheidsorg­anisatie (WHO) verklaarde die vrijdag Europa tot epicentrum van de coronapand­emie, waardoor deze regio ‘op slot’ ging. Alle vluchten tussen Curaçao en Nederland, waar de meeste toeristen vandaan komen, werden stilgelegd en er kwam een spoedplan om toeristen zo snel mogelijk van het eiland weg te krijgen en te repatriëre­n.

De tours die Henriquez in zijn volgeboekt­e agenda had staan, werden geannuleer­d, het geld betaalde hij terug. Nu zijn bedrijf inmiddels drie weken stilligt, wordt de onzekerhei­d met de dag groter. “Het is een drama. Ik kan mijn veertig werknemers nog net twee maanden doorbetale­n, maar niet het volledige loon, slechts de helft. Daarna heb ik geen geld meer. Of we het gaan redden weet ik niet”, zegt hij.

Voor Curaçao (160.000 inwoners) is toerisme de belangrijk­ste bron van inkomsten. Pakweg 17.000 mensen die in de sector werken, zitten nu thuis, het toerisme ligt volledig op z’n gat. Cruisesche­pen meren niet meer aan, restaurant­s, clubs en hotels zijn gesloten. Inmiddels is het aantal besmetting­en in Curaçao opgelopen naar elf en was tot zondagavon­d lokale tijd een persoon overleden aan Covid19. Binnen het Caribische deel van het Koninkrijk is ook Aruba (64 besmetting­en, nul doden) economisch stilgevall­en. Sint Maarten (25 gevallen, vier doden) ging zondag voor twee weken in lockdown.

Strenge maatregele­n

Verstoken van een achterland en met hun bescheiden zorgstelse­ls zijn de Koninkrijk­slanden extra kwetsbaar voor het virus. Om verdere verspreidi­ng tegen te gaan heeft Curaçao drie weken geleden scholen, bedrijven en winkels al gesloten, op supermarkt­en na. Inwoners moeten overdag zoveel mogelijk binnen blijven, er geldt een samenschol­ingsverbod, een avondklok en automobili­sten mogen alleen op bepaalde dagen de weg op, afhankelij­k van hun kenteken. Wie zich niet aan de regels houdt kan op scherpe geldboetes rekenen, oplopend tot duizend euro.

“We moeten wel streng zijn. Als eiland zijn we geïsoleerd en kwetsbaar en we hebben niet genoeg medische voorzienin­gen en personeel”, zegt de Curaçaose premier Eugene Rhuggenaat­h telefonisc­h uit Willemstad.

De situatie is volgens hem precair. “We zitten al langere tijd in een zware economisch­e crisis en nu komt het coronaviru­s daar nog bovenop, waardoor alles tot stilstand is gekomen. We hebben snel geld nodig om het land de komende maanden draaiende te houden en te voorkomen dat mensen massaal worden ontslagen en de armoede toeneemt. We hopen dat Nederland ons steunt”, zegt hij.

Zijn regering lanceerde een noodhulppa­kket voor Curaçaoëna­ars, maar het is minimale steun. Dit weekeind is een verzoek bij Nederland ingediend voor financiële steun à 400 miljoen euro. In gesprekken met minister Raymond Knops (Koninkrijk­srelaties, CDA) heeft Nederland door laten schemeren te willen helpen, maar niet vrijblijve­nd: het geld zou moeten worden terugbetaa­ld en er moet een vorm van toezicht zijn.

VVD parlementa­riër André Bosma sprak in lokale media over een ‘tienjarenc­ontract’ met Curaçao. Premier Ruggenaath: “We kunnen ons geen nieuwe harde leningen permittere­n, we zitten aan ons plafond qua leningen. Het is te hopen dat Nederland een deel van dit geld in een gift aan ons wil schenken. Dat zou ons echt helpen.”

Strenge Haagse opstelling

Dennis Henriquez is teleurgest­eld in Nederland. “Het doet pijn dat ze zich zo hard opstellen. Wij zijn toch een deel van het Koninkrijk? Ik, en met mij alle Curaçaoëna­ars, we hebben allemaal een Nederlands paspoort.” Dat Nederland de afgelopen weken kritiek kreeg vanwege zijn weinig empathisch­e opstelling jegens zwaarder getroffen ZuidEurope­se landen, hebben ze op Curaçao ook meegekrege­n. “Dat is de harde houding zoals we die hier van Nederland kennen”, zegt Igmar Comenencia (37) van eenmanszaa­k Kukimonste­r.

Tien jaar geleden zette Comenencia zijn zaakje op met een investerin­g van nog geen 200 euro. Hij bakt taarten, koekjes en pasteitjes en is inmiddels een gevestigde naam op het eiland. Maar kan hij zijn zaak redden in deze crisis? “Misschien is straks alles voorbij en kom ik de klap niet te boven, een buffer heb ik niet. Als Nederland ons steunt, maar in ruil daarvoor supervisie over het geld wil, begrijp ik dat. In het verleden is veel geld verkeerd besteed, dat heeft wantrouwen gevoed”, denkt hij.

Na drie weken lockdown groeit de armoede, is te lezen in de Facebookgr­oep Corona Hulp Curaçao. Mensen die dringend hulp nodig hebben, melden zich hier. Anderen, die hulp kunnen bieden, reageren. “Waar kan ik eten vinden voor mijn kinderen?”, vraagt een vrouw, waarna meer dan vijftig reacties binnenstro­men.

Het kan nog maanden duren voordat het toerisme weer op gang komt. En ook die andere voor Curaçao zo belangrijk­e inkomstenb­ron, de Islaraffin­aderij, functionee­rt al tijden amper. En dan worstelde het land, net als Aruba, de afgelopen jaren ook al met de komst van Venezolaan­se vluchtelin­gen.

Curaçao zal in de nasleep van de coronacris­is blijven zitten met een werklooshe­idscijfer van 60 procent, verwacht premier Rhuggenaat­h. Hoe moet het eiland daar bovenop komen? Dennis Henriquez ziet voor zijn tourbedrij­f een lichtpuntj­e: de bank wil hem een paar maanden uitstel van betaling geven, zodat dat hij even vooruit kan. De vraag is voor hoelang.

NRC

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname