Jongerenburgemeester Amsterdam na slopen beeld Bristol: “Nu nog de gevels”
AMSTERDAM - Achraf El Johari, jongerenburgemeester van Amsterdam, heeft de zich woede van veel Twitteraars op de hals gehaald met een oproep om de gevels van Amsterdamse grachtenpanden te slopen.
De 23-jarige Achraf El Johari, die ook docent en onderzoeker is aan de Hogeschool van Amsterdam, werd gekozen voor de functie als vertegenwoordiger van de jeugd en adviseert het linkse gemeentebestuur.
De voormalige fractiemedewerker van Denk stuurde naar aanleiding van de rellen in Bristol zijn omstreden bericht de wereld in. In Bristol werd het standbeeld van Edward Colston van zijn sokkel getrokken en in het water gegooid door een woedende menigte die protesteerde tegen de dood van de zwarte George Floyd in Amerika. De Engelsman heeft volgens historici zijn fortuin vergaard met slavenhandel.
Beelden van de vernieling van het standbeeld gingen de hele wereld over en inspireerden Achraf El Johari tot de tekst: “Nu nog de gevels van de vele Amsterdamse grachtenpanden”. De Amsterdamse grachtengordel is voor een deel opgebouwd tijdens de Gouden Eeuw, de periode waarin Nederland rijk werd door internationale handel, onder meer in Afrikaanse slaven.
Nadat een Twitterstormpje losbarstte rond zijn tweet, plaatste Achraf El Johari het bericht “humor moet kunnen”. Hij vindt dat er meer aandacht moet komen voor de ‘zwarte bladzijden van de Amsterdamse geschiedenis’. Twitteraars gingen flink los op de oproep van Achraf om de gevels van grachtenpanden te slopen. “Is dit geen oproep tot geweld?”, was de meest voorkomende onder de reacties.
Toen Achraf El Johari werd gekozen tot jongerenburgemeester, zei hij in een interview met het blad van de HvA: “Ik wil dat politici zich bewust zijn van de invloed van sociale media in het leven van jongeren en hoe dat samenhangt met psychische problemen. Als je door je Insta scrolt denk je: ‘Het gaat met iedereen goed, behalve met mij’.”
“Over een jaar hoop ik dat de jongerenburgemeester echt onderdeel is van de Amsterdamse politiek. En dat politici onze aanbevelingen serieus nemen en niet aan de kant schuiven.”
(De Telegraaf)