De oorlog om Jemen is bijna gestreden, maar dat is nog geen goed nieuws
De ontwikkelingen op slagveld Jemen leken jaren op een eeuwig schaakspel, maar de laatste weken zijn de ingewijden het eens: de Houthi-rebellen gaan de oorlog winnen. De vraag is wat het fundament is voor wederopbouw, na vijf jaar oorlog, economische blokkade en humanitaire hulp die hebben geleid tot een lucratieve oorlogseconomie.
Halverwege 2020 lijkt de verjaagde officiële regering van Jemen haar titel te verliezen. Doorslaggevend voor die aanstaande val is de pandemie, waardoor hun Saoedische sponsor fors minder olie verkoopt, en dat ook nog tegen bodemprijzen. Maar die regering bleek ook in toenemende mate verdeeld, machteloos en corrupt. Voor Saoedi-Arabië is er steeds minder ruimte voor uitgaven aan die verjaagde regering en een dure oorlog. Die zou aanvankelijk slechts een paar weken duren, maar sleept zich ondertussen al vijf jaar voort. Dat leverde de golfstaat een maandlast van ruim anderhalf miljard dollar op. De Houthi’s zijn —analoog aan guerrillas als de Vietcong en Taliban —militair onverslaanbaar gebleken. Daarnaast zag Saoedi-Arabië dat een belangrijke coalitiepartner zich vorig jaar terugtrok uit de noordelijke oorlog. De Verenigde Arabische Emiraten concentreren zich sindsdien op onafhankelijkheid van Zuid-Jemen. Dat had desastreuze gevolgen: binnen de verjaagde officiële regering laaide een interne machtsstrijd op en er vonden doorheen het hele zuiden bloedige veldslagen plaats tussen verschillende facties.
De Houthi’s hebben gewonnen
Met al die wind in de zeilen veroverde de noordelijke regering, onder leiding van de Houthi’s, de eerste maanden van het jaar al grote delen van de noordoostelijke provincie Al Jawf. Nu staan haar troepen aan de poorten van Marib, een stad waar een belangrijk deel van de officiële regering en het leger in 2015 neerstreek, nadat ze waren weggejaagd uit hoofdstad Sana’a.
Verwacht wordt dat Marib binnenkort valt of zich overgeeft. Zodra dat gebeurt, ligt voor de Houthi’s en hun de facto regering de weg naar de rest van Jemen open, richting de olie- en gasvelden van Marib en Shabwa, waarmee het haar hegemonie over (Noord-)Jemen kan consolideren en verder uitbreiden. “Ik denk dat de Houthi’s de oorlog hebben gewonnen en dat die overwinning onomkeerbaar is”, wist Abdulghani Al-Iryani al in maart. Hij is analist bij het Sanaa Center, een Jemenitische denktank gefinancierd door Europa. Hiermee breekt een nieuwe fase aan: die van de erkenning van de Houthi-regering als de jure regering van Jemen.
Volgens Nasser Arrabyee, één van de weinig overgebleven journalisten onder het
Houthi-bewind in Sana’a, vinden onderhandelingen met de Saoedi’s al plaats. “Saoedi-Arabië is alles in Jemen.” Veel Jemenieten verdienden er hun fortuin en de Saoedi’s financieren behalve de oorlog ook het leeuwendeel van de humanitaire hulp in Jemen.
Tribale leiders ontvangen toelages uit Saoedi-Arabië, leiders wiens steun de Houthi’s nodig hebben om zo’n nieuwe regering nationale legitimiteit te geven. Arrabyee: “Dus de Saoedi’s kunnen veel bepalen. Ze zullen een deal sluiten met de Houthi’s en helpen een nieuw bestuur voor Jemen samen te stellen dat het Saoedisch belang in het oog houdt.”
Het infuus en de strijkstok
Het verminderde enthousiasme —de donorconferenties van 2018 en 2019 brachten nog USD 3,1 enUSD 2,8 miljard op — heeft niet alleen te maken met geldnood bij donoren die zuchten onder de pandemie. Er is ook weerstand tegen de hoge overhead en afdracht aan tussenpersonen rond humanitaire hulpoperaties. Het Nederlandse programma Medialogica liet recent zien hoe bestuurders van hulporganisaties Jemen van de prioriteitenlijst afvoerden door de lage ‘geefbereidheid’ onder de Nederlandse bevolking.
(MO* Magazine)