Parkeertaks doorgezet ondanks forse kritiek
DEN HAAG - De parkeerkorting voor groene auto’s krijgt forse kritiek te verwerken van de Raad van State. Toch zet staatssecretaris Van Veldhoven (Milieu) de taks door.
Van Veldhoven wil gemeenten de ruimte geven om verschilende parkeertarieven te rekenen voor ‘schone’ en ‘vieze’ auto’s. Mensen met een stekkerwagen zouden dan minder hoeven te betalen als ze hun auto in de stad willen parkeren. De maatregel zou ervoor moeten zorgen dat de luchtkwaliteit in steden beter wordt en mensen vaker auto’s zonder uitstoot zouden kopen.
Maar de Raad van State, het belangrijke adviesorgaan van de overheid, maakt gehakt van dat plan. Zo is de stelling dat de parkeertaks voor schonere lucht zorgt, niet voldoende onderbouwd. In het onderzoek waar Van Veldhoven naar verwijst staat namelijk dat een ‘nultarief’ voor elektrische auto’s ‘geen significant positief milieueffect met zich brengt en het aandeel van schone auto’s in het wagenpark zou door de parkeertaks de komende tien jaar maar met 0,16 procent toenemen.’
De parkeertaks op zichzelf is op het gebied van vergroening volgens de Raad van State daarmee ‘nauwelijks effectief’. Het adviesorgaan vraagt Van Veldhoven om een betere onderbouwing op dit punt en raadt haar anders aan van de wet af te zien. In het advies worden ook grote vraagtekens gezet bij het gebruiken van de parkeerbelasting voor groene plannen. Die taks is bedoeld voor parkeerregulering en niet voor het verbeteren van de luchtkwaliteit. “Geparkeerd staande auto’s hebben geen emissie”, stipt de Raad van
State fijntjes aan. De staatssecretaris zet haar plan, dat afgesproken is in het regeerakkoord, toch door. Ze rept van onderzoeken die wel aantonen dat parkeerbeleid de verkoop van stekkerwagens kan stimuleren. “Dat heeft vervolgens weer effect op de luchtkwaliteit”, redeneert de D66-bewindsvrouw door.
Ze weerlegt ook de kritiek dat belastingen niet bedoeld zijn voor het verbeteren van de luchtkwaliteit. Dat kan volgens haar ook een onderdeel zijn van parkeerregulering. (De Telegraaf)