Vrijhandel in tijden van corona en greenwashing voor gevorderden
De coronacrisis heeft ons als consument op een andere manier naar voedsel en landbouw doen kijken. De voedselvoorziening is in Europa niet echt in gevaar geweest, maar het beeld van de lege rekken heeft er toch diep ingehakt. Niet alleen de bevoorradingszekerheid baart de consument overigens zorgen, we zijn vooral ook gaan nadenken over de wijze waarop ons voedsel wordt geproduceerd. De belangstelling voor lokale producten is fors toegenomen en ook bio en fairtrade zitten in de lift. Die keuze voor meer duurzaamheid lijkt voor heel wat consumenten verworven, zo blijkt uit een peiling in opdracht van Fairtrade Belgium. Onderzoek van het Vlaams Centrum voor Agroen Vismarketing bevestigt die tendens: producenten in de korte keten draaien tijdens de crisis een merkelijk grotere omzet. 83 procent onder hen heeft sinds de crisis nieuwe klanten.
Farm to Fork
De op 20 mei voorgestelde Farm to Fork-strategie van de Europese Commissie -één van de pijlers van de European Green Deal- lijkt de post-coronaconsument op het lijf geschreven. Farm to Fork moet de hele Europese voedselvoorzieningsketen -van boer tot bord- duurzaam maken.
Het Farm to Fork-plan, waarop het Europese landbouwbeleid zal worden geschoeid, is bepaald ambitieus. Het voorziet in het verminderen van het pesticidengebruik met 50 procent tegen 2030. Ook de verkoop van antibiotica voor veeteelt en aquacultuur wordt gehalveerd tegen 2030. In datzelfde jaar moet 25 procent van het landbouwareaal in de EU bestemd zijn voor biolandbouw. Het gebruik van kunstmest moet omlaag. Een ambitieuze productlabeling moet de consument helpen bij zijn keuze voor duurzame voedingsmiddelen.
Ook in haar handelsbeleid zal voor de Commissie duurzaamheid doorwegen. Die laatste ambitie -maar in feite de hele Farm to Fork-ideestaat volledig haaks op het handelsbeleid waarvoor de EU vandaag nog steeds staat en waarvoor, indien het aan handelscommissaris Phil Hogan ligt, de EU ook in de toekomst zal staan.
Volgens Hogan zal de Europese Unie in de toekomst immers net méér vrijhandelsverdragen als CETA, Mercosur et cetera. sluiten. Alleen zo zou de Europese economie na corona het hoofd boven water kunnen houden, meent de commissaris.
CETA versus Farm to Fork
Het vrijhandelsverdrag CETA tussen de EU en Canada is het schoolvoorbeeld van de manier waarop de EU ook vandaag nog steeds handelsakkoorden sluit. Het Comprehensive Economic and Trade Agreement werd toen het in 2017 in voorlopige werking trad, gezien als de blauwdruk voor de ‘vrijhandelsverdragen’ die de EU in de toekomst zou sluiten. ‘Vrijhandelsverdragen’ waar niet het wegwerken van taksen centraal staat, maar ook en vooral het opruimen van ‘niet-tarifaire belemmeringen’. Een noemer waaronder bijna alles kan worden geschoven wat de ongeremde liberale wereldhandel ook maar in de weg kan staan.
Op het vlak van voedsel en landbouw zijn dat onder meer de Europese standaarden op het vlak van pesticiden, het verbod op het gebruik van hormonen in de veeteelt en de strikte Europese regels met betrekking tot genetisch gemanipuleerde organismen. De Europese standaarden op het vlak van landbouw en voedsel zijn de Canadezen, die er via ‘regelgevende samenwerking’ komaf mee willen maken, een doorn in het oog. Regelgevende samenwerking houdt in dat ambtenaren van beide verdragspartijen de niet-tarifaire belemmeringen onder de loep nemen en ze ‘opruimen’.
Dit proces vindt plaats in geheime vergaderingen buiten elke democratische controle om. Ambtenaren in besloten werkgroepen kunnen
Europese wetgeving aanpassen zonder ook maar enige controle van democratisch verkozen afgevaardigden.
Wat in die werkgroepen wordt besproken, is geheim, maar de Council of Canadians slaagde erin om de notulen van de bijeenkomst van een van de werkgroepen, het Joint Management Committee on Sanitary an Phytosanitary Measures van 26 en 27 maart 2018, te pakken te krijgen. Naar wat in latere bijeenkomsten van het Joint management Committee is besproken is het gissen, maar er is ongetwijfeld (ook) verder gewerkt op de thema’s die in 2018 aan bod zijn gekomen.
Bovendien zijn er nog andere werkgroepen, onder meer een over biotechnologie, die betrekking hebben op landbouw en voeding. De lectuur van die (onvolledige) notulen biedt zicht op wat achter de schermen plaatsvindt, een agenda die alles behalve in lijn is met de nobele doelstellingen van Farm to Fork.
(MO* Magazine)