Politieke crisis in Tunesië zal geen antwoorden opleveren
Enkele weken geleden, in de zuidelijke regio van Tataouine in Tunesië, sloten honderden demonstranten de belangrijke oliepomp van El Kamour handmatig af. Ze drongen voorbij militaire troepen om de pomp te bereiken. Vandaag kamperen ze er nog steeds om het heropstarten van de pomp te verhinderen.
Niet lang na de actie werden verschillende andere pompen in de regio tijdelijk afgesloten door solidaire oliewerkers. Het resultaat: de Tunesische staat rapporteerde onlangs nul oliewinsten.
De bezetters van de pomp, ook wel Kamouristen genoemd, willen de overheid dwingen om het akkoord te respecteren dat ze in 2017 hadden afgesloten met de Staat. De overheid beloofde toen extra investeringen in de arme regio rond El Kamour, extra jobs in de olie-industrie en garanties op tewerkstelling voor zeer langdurig werklozen. Die beloften werden hernieuwd nadat de El Kamour oliepomp werd bezet en afgesloten.
Miljardenschuld
Maar van die beloftes kwam nog niets in huis. Ze zijn simpelweg onhaalbaar, stelt Mohamed Nachi. Hij is professor in de antropologie en politieke sociologie aan de universiteit van Luik. “Voldoen aan de deal is onmogelijk. Het soort grootschalige rekrutering van nieuwe ambtenaren door de Staat (door vele Tunesiërs gezien als veilige en goedbetaalde jobs), zoals in 2017 werd beloofd, komt niet overeen met de afspraken die Tunesië heeft met zijn schuldeisers zoals het IMF.” In de loop van de postrevolutionaire transitie en in de strijd tegen de economische crisis bouwde Tunesië een gigantische staatsschuld op bij internationale geldschieters. In 2016 ging het land een lening van 2,6 miljard euro aan bij het IMF. In april van dit jaar kwam daar nog eens 600 miljoen euro bij om de gevolgen van COVID-19 op te vangen. Dit alles komt bovenop de 800 miljoen euro die Tunesië doorheen de jaren leende van de Europese Commissie.
Aan de miljardenschuld zijn allerlei voorwaarden gekoppeld. En dat heeft een rechtstreekse impact op het Tunesische sociaal-economisch beleid. De geldschieters verwachten in de eerste plaats brede hervormingen en besparingen om het significante tekort in de begroting te verhelpen. De toegevingen die in 2017 aan de protestbeweging in El Kamour werden gedaan, passen duidelijk niet in dat kader.
De regering valt nieuwe krijgt vorm
en
een
Op het moment dat de Tunesische regering zou beginnen onderhandelen met de bezetters van de oliepomp, stak een schandaal op het hoogste politieke niveau een stok in de wielen.
Elyes Fakhfakh, eerste minister van de coalitieregering die pas begin dit jaar werd gevormd, werd beschuldigd van corruptie. Fakhfakh, ook ex-minister van Financiën, zou aandelen bezitten bij bedrijven die overheidscontracten ter waarde van miljoenen dinars in handen kregen. Zo’n belangenvermenging is strafbaar en hoewel Fakhfakh ontkende, begon zijn positie te wankelen.
Op 15 juli diende hij zelf zijn ontslag in. Het gematigde islamistische Ennahda, de belangrijkste partner in zijn coalitie en de grootste partij in het parlement, had daarvoor een motie van wantrouwen aangekondigd. Met Fakhfakhs ontslag werd ook de volledige regering ontbonden. Er was dus niemand meer om te onderhandelen met de protestbeweging van El Kamour.
Na de val van de regering schoven de politieke partijen hun kandidaat-regeringsonderhandelaar naar voren, maar geen enkele wist genoeg vertrouwen te winnen van het parlement. Op 26 juli wees president Kais Saied zelf een regeringsonderhandelaar aan. Hichem Mechichi, tot voor kort minister van Binnenlandse Zaken, kreeg de opdracht om op een maand tijd een volledig nieuwe regering te vormen.
De eerste week van Mechichi’s opdracht zette onmiddellijk de toon voor de regeringsonderhandelingen. Mechichi, die geen partijkaart heeft, sprak aanvankelijk alleen af met juristen, economen en afgevaardigden van het middenveld. De politieke partijen moesten tot vorige week wachten om uitgenodigd te worden voor een kort gesprek. Het was een eerste signaal dat Tunesië een regering van experts zou kunnen krijgen, zonder partijpolitieke affiliatie. Deze week, op 10 augustus, bevestigde Mechichi definitief het pad van een technocratische regering op te gaan.
(MO* Magazine)
politieke