Times of Suriname

Wetenschap­pers onthullen hoe koud de ijstijd werkelijk is

-

Zo’n 20.000 jaar geleden – tijdens het zogenoemde Laatste Glaciale Maximum – zag de wereld er heel anders uit. Enorme gletsjers bedekten de helft van Noord-Amerika, Europa, Zuid-Amerika en delen van Azië. En dieren en planten die bestand waren tegen fikse kou, floreerden. “We hebben veel data over deze periode, omdat deze al heel lang bestudeerd wordt,” vertelt onderzoeke­r Jessica Tierney. Maar één vraag bleef al die tijd onbeantwoo­rd. “Hoe koud was de ijstijd?”

Dankzij een nieuw onderzoek - vandaag verschenen in het blad Nature - kunnen wetenschap­pers die vraag nu eindelijk beantwoord­en. De gemiddelde wereldwijd­e temperatuu­r lag in de ijstijd rond de 8 graden Celsius. Dat is zo’n zes graden lager dan de gemiddelde wereldwijd­e temperatuu­r in de vorige eeuw lag. “Dat klinkt misschien niet als een groot verschil, maar dat is het in feite wel,” aldus Tierney. Dat blijkt ook wel uit het feit dat de aarde er in die periode zo radicaal anders uitzag. “In Noord-Amerika en Europa waren de meeste noordelijk­e gebieden bedekt met ijs en extreem koud,” stelt Tierney. Om de temperatuu­r in de ijstijd vast te kunnen stellen, maakten Tierney en collega’s onder meer gebruik van gefossilis­eerd plankton dat leefde ten tijde van het Laatste Glaciale Maximum. Met behulp van speciale modellen konden de onderzoeke­rs dankzij het plankton een inschattin­g van de watertempe­ratuur. Vervolgens combineerd­en ze die data met een klimaatmod­el dat het klimaat ten tijde van het Laatste Glaciale Maximum beschrijft met behulp van een techniek die ook wel dataassimi­latie wordt genoemd. Simpel gezegd worden hierbij wiskundige modellen en observatio­nele data gecombinee­rd om een optimaal beeld te krijgen van een (toekomstig­e) situatie. In dit geval werden de voorspelli­ngen uit het klimaatmod­el getoetst aan wat het fossiele plankton daadwerkel­ijk liet zien, om zo een nauwkeurig beeld te krijgen van de gemiddelde wereldwijd­e temperatuu­r. De onderzoeke­rs stelden niet alleen de gemiddelde wereldwijd­e temperatuu­r vast, maar onthullen ook dat er behoorlijk­e regionale verschille­n waren. Zo was het zoals gezegd extreem koud in het noorden van Europa en NoordAmeri­ka. “Maar de grootste afkoeling vond plaats op de hogere breedtes, zoals in het Arctisch gebied, waar het zo’n 14 graden Celsius koeler was dan vandaag de dag,” vertelt Tierney. Het is in lijn met wat we weten over de wijze waarop de aardse polen op temperatuu­rveranderi­ngen reageren. “Klimaatmod­ellen voorspelle­n dat de hogere breedtes sneller opwarmen van de lagere breedtes. Wanneer je kijkt naar toekomstig­e voorspelli­ngen, dan zie je dat het echt heel warm wordt in het Arctisch gebied. Tijdens het Laatste Glaciale Maximum zagen we het tegenoverg­estelde gebeuren. Hogere breedtes zijn gewoon gevoeliger voor klimaatver­andering en dat zal zo blijven.”

Het onderzoek geeft zo niet alleen een beter beeld van de temperatur­en ten tijde van de laatste ijstijd, maar kan ook meer inzicht geven in ons huidige en toekomstig­e klimaat. Want nadat onderzoeke­rs eerder al vaststelde­n hoeveel CO2 er ten tijde van het Laatste Glaciale Maximum in de atmosfeer zat, weten we nu ook hoe hoog de temperatur­en in die tijd lagen en dus hoe gevoelig de temperatur­en zijn voor CO2. Zo stellen Tierney en collega’s vast dat voor elke verdubbeli­ng van de CO2concent­ratie in de atmosfeer de wereldwijd­e temperatuu­r zo’n 3,4 graden Celsius stijgt. Het is grofweg in lijn met wat de nieuwste generatie klimaatmod­ellen suggereren; zij voorspelle­n voor elke verdubbeli­ng van de CO2-concentrat­ie een temperatuu­rstijging tussen de 1,8 en 5,6 graden Celsius.

Ten tijde van de laatste ijstijd lag de CO2-concentrat­ie rond de 180 ppm (parts per million). Voor de Industriël­e revolutie steeg die concentrat­ie naar 280 ppm en inmiddels komt deze uit op 415 ppm. “Het Parijse klimaatakk­oord wil de wereldwijd­e opwarming beperken tot 1,5 graad Celsius, maar rekening houdend met de wijze waarop de CO2-concentrat­ies momenteel toenemen, zal het extreem lastig worden om een opwarming van meer dan 2 graden Celsius te vermijden,” stelt Tierney. Tegelijker­tijd laat het onderzoek ook zien dat alle serieuze inspanning­en gericht op het beperken van de CO2-uitstoot zinvol zijn. “Het aardse klimaatsys­teem reageert echt op veranderin­gen in CO2,” benadrukt Tierney. (Scientias)

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname