COVID-protocol voor kinderverblijven
PARAMARIBO - Kinderdagverblijven, tehuizen en internaten moeten zorgen voor voldoende ventilatie, een minimale bezetting van ruimtes en goede hygiëne. Dit is vervat in een protocol dat het Ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting (Sozavo) heeft ontvangen in verband met COVID-19.
Dokter Maltie Mohan-Algoe heeft vanuit haar expertise als arts ondersteuning gegeven aan het opstellen van het protocol. “Het protocol is voor het verblijven in internaten en tehuizen, dagverblijven, maar ook op school. En dat er ook veilig gewerkt kan worden. Zowel voor de leerkrachten als voor de leerlingen is het belangrijk om na te gaan hoe het protocol gaat werken.”
De instructie voor kindertehuizen, internaten en dagverblijven luidt dat kinderen tussen nul en twaalf jaar geen mondkapjes hoeven te dragen en ook geen fysieke afstand hoeven te houden, ook niet van volwassenen. Het is uit cijfers van wetenschappers gebleken dat kinderen in deze leeftijdsgroep geen rol spelen in de overdracht van COVID-19. De leeftijdsgroep 13 tot en met 18 hoeft onderling geen fysieke afstand te bewaren, maar wel tot volwassenen en dient wel een mondneuskap te dragen.
Een andere maatregel is dat de kinderen zich in drie bubbels bevinden en dat zijn de bubbels op school, in het verblijf of tehuis en die van het weekendverblijf in het geval van kinderen in internaten die ’s weekends naar een ander verblijf gaan. Tussen deze drie groepen, met name op school en in de verblijven volgt de leiding een stappenplan om de COVIDveiligheid te bewaren. Zo moet worden nagegaan of er kwetsbare kinderen zijn, dat zijn kinderen die onderliggende aandoeningen hebben, of er suspect cases zijn, waarbij kinderen verschijnselen vertonen of in aanraking zijn gekomen met iemand die COVID-19 heeft. Deze en andere maatregelen zijn uitvoerig opgenomen in het protocol.