Times of Suriname

Wetenschap­pers zijn er voor het eerst in geslaagd iets te meten dat in de orde van zeptosecon­den duur

-

Het was wereldnieu­ws toen de Egyptische chemicus Ahmed Zewail erin slaagde om de snelheid te meten waarmee moleculen van vorm veranderen. Deze processen vinden plaats in de orde van femtosecon­den. Een bijna niet te bevatten tijdsduur waarbij een femtosecon­de slechts 0,0000000000­00001 seconden duurt.

Dat er nog kortere tijdsspann­en bestaan, staat buiten kijf. Maar zie ze maar eens te meten. Onderzoeke­rs van de Goethe Universitä­t in Frankfurt zijn daar nu in geslaagd. Ze hebben een proces bestudeerd dat in de orde van zeptosecon­den plaatsvind­t. Daarmee hebben onderzoeke­rs direct de kortste tijdspanne ooit gemeten te pakken. Een zeptosecon­de is bovendien ook nog eens een flinke stap korter dan de femtosecon­de. Waar het eentje na de komma bij de femtosecon­de veertien nullen voor zich moet dulden, zijn dat er bij de zeptosecon­de 20.

Maar welk proces duurt nu zo bijzonder kort? De onderzoeke­rs doen het in het blad Science uit de doeken. Het gaat om de reis van een foton (een lichtdeelt­je) door een waterstofm­olecuul. Die reis duurt 247 zeptosecon­den. Dat is op zichzelf niets nieuws, zo vertelt onderzoeke­r Sven Grundmann. “De gemiddelde bindingsle­ngte (dat wil zeggen de afstand tussen de twee waterstofa­tomen waaruit een waterstofm­olecuul bestaat) was al bekend en hetzelfde geldt voor de snelheid van het licht. Dus je kan in principe vrij eenvoudig berekenen dat een foton er 247 zeptosecon­den over doet om door dit molecuul te reizen.” Wat het onderzoek zo bijzonder maakt, is dat onderzoeke­rs het niet hebben berekend, maar gemeten. “Dat is nog nooit eerder gedaan, omdat daar geen geschikte klok voor was.” En daarmee hebben we ook direct de grootste uitdaging van het onderzoek te pakken. “Je moet eerst een stopwatch hebben, oftewel een manier bedenken om zulke korte tijdspanne­n te kunnen meten”, aldus Grundmann. En dat hebben Grundmann en collega’s dus gedaan. Ze stuurden een foton op een waterstofm­olecuul af. Deze stuitte in het waterstofm­olecuul eerst op het eerste waterstofa­toom en ontdeed dat van zijn elektron, om vervolgens hetzelfde met het tweede waterstofa­toom te doen alvorens het molecuul te verlaten. De verwijderi­ng van een elektron gaat gepaard met elektrongo­lven, die eerst in het eerste atoom ontstaan en later in het tweede. “Vergelijk het met een platte steen die het water twee keer raakt en twee golfpatron­en veroorzaak­t”, legt Grundmann uit. Waar deze golfpatron­en in beginsel symmetrisc­h zijn, worden ze door deze verstoring – ingegeven door het feit dat de steen het water op twee verschille­nde momenten raakt

– asymmetris­ch. “Uit die asymmetrie kun je afleiden hoeveel tijd er verstreken is tussen de eerste en tweede aanraking van het water.” En tijdens de ontmoeting tussen het foton en het waterstofm­olecuul gebeurt iets soortgelij­ks. “Het foton is eigenlijk de steen die eerst het eerste waterstofa­toom raakt en later de tweede. De uitgaande elektrongo­lven creëren een verstoord patroon en die asymmetrie stelt ons in staat om te berekenen hoelang het foton er over doet om door het waterstofm­olecuul te reizen.”

Het meten van zeptosecon­den is in het dagelijks leven niet direct nuttig, maar dat is anders voor de quantum-wereld, oftewel de wereld der kleinste deeltjes. “Sommige processen in die wereld gaan heel snel. En om ze afgezet tegen hun duur te kunnen bestuderen, moet je korte tijdspanne­n kunnen meten.” Voor nu is de kortste gemeten tijdspanne in de orde van zeptosecon­den, maar Grundmann twijfelt er niet aan dat dat op termijn gaat veranderen. “Ik denk dat er wel mensen zijn die slimme manieren gaan bedenken om nog kortere tijdsspann­en te meten. In de atomaire en moleculair­e natuurkund­e hebben we onze grens nu wel bereikt, denk ik: we hebben gezien hoe het snelste object (licht) de kortst mogelijke afstand aflegt. Maar misschien worden we in de toekomst nog verrast.” (Scientias)

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Suriname