En wat gaan we eraan doen?
In dit artikel wordt naar het slagingspercentage van de muloscholen van de verschillende aanbieders (6 in totaal) van het voj in Suriname gekeken en verschillende factoren die mogelijkerwijs het percentage beïnvloeden, besproken.
Enkele aandachtsgebieden wanneer je onderwijsprestaties beoordeelt: 1. Socio-economische achtergronden van leerlingen.
Wat zijn de locaties (dorp, wijk) van de scholen? Daarmee samenhangend de omstandigheden van het gebouw, de gemeenschap (en hun participatie), et cetera. Opbouw van de scholen op voj-niveau: wat is de verhouding tussen de Aen B-richting.
Hoe vaak blijven hoeveel leerlingen zitten in de klassen voordat ze examen doen.
Uitval van leerlingen voordat zij hun opleiding afronden.
Zijn er verschillen tussen de seksen voor de verschillende factoren (richtingskeuze, zittenblijven, et cetera.) Randvoorwaarden zoals investeringen in professionalisering leerkrachten en infrastructuur. Samenstelling
Methode van examineren (open vragen versus multiple choice)
10. Discrepantie tussen cijfers voor repetities die door de scholen zelf worden opgesteld en de landelijke repetities. Indicatie voor niveauverschillen.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
leerkrachtenteams.
De vraag is of al de bovenstaande aspecten meegenomen zijn in het beoordelen van de onderwijsprestaties in het voornoemde artikel. Ook moet onderstreept worden dat onderwijsprestaties over een langere periode bezien moeten worden. Om een voorbeeld te geven: als Stichting Onderwijs der EBGS hebben wij de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in de professionalisering van het personeel. Ook hebben wij enkele processen gestandaardiseerd zoals een uniforme format voor lesvoorbereidingen en het differentiëren in de klas. In het programma “Van klassikaal naar gedifferentieerd onderwijs” zijn alle schoolteams op glo-niveau getraind op vijf onderdelen, waarvan het lesvoorbereidingsmodel Activerende Directe Instructiemodel (ADI) een belangrijk onderdeel vormt. Op de voj-scholen hebben wij na jaren van fluctuaties in de prestaties alle vakgroepen in clusterverband laten samenwerken, waarbij de muloscholen gezamenlijk per vak de programmering opstellen en ook gezamenlijk clusterrepetities opstellen. De impact op de scholen, de leerlingen en daarmee uiteindelijk de score van deze investeringen zal op de langere termijn duidelijk moeten worden. Dit zal niet direct zichtbaar zijn.
Meer dan slagingspercentages
De kwaliteit van het onderwijs bepaalt in hoeverre wij als natie en als organisatie in staat zijn onze prestaties op een bepaald niveau te krijgen en, vooral, ook te behouden. Stichting Onderwijs der EBGS wil een warm pleidooi houden voor een breed meerjaren (kijkend naar data over meerdere jaren) wetenschappelijk onderzoek naar ons onderwijs, niet alleen de uitstroom. Dit onderzoek is noodzakelijk om de kwaliteit van het onderwijs vast te stellen en kan niet meer uitgesteld worden met de snel veranderende maatschappij met veranderende eisen, zowel binnen als buiten Suriname. We kunnen niet langer volstaan met slechts kijken naar de slagingspercentages en daar eenzijdige conclusies uit trekken. Om ons onderwijs relevant te houden moet, naast de richting, duidelijk worden hoe we
Stichting Onderwijs EBGS info@soebgs.sr
der